• zaterdag 23 November 2024
  • Het laatste nieuws uit Suriname

Mi kant’o ma mi de ete: klinkende geschiedenis van kaseko

| de ware tijd | Door: Redactie

“Mijn passie voor onderzoek naar kaseko is begonnen na een gesprek met muzikant Ivor Mitchell. Ik ontdekte dat er nog bandleden in leven waren, die hadden gespeeld met Lieve Hugo. In mijn mind was dat muziek van ‘eeuwen’ geleden”, zegt Rosita Leeflang tijdens de lezing in het Nationaal Archief Suriname (NAS) die is voortgevloeid uit haar afstudeerthesis ‘Mi kant’o ma mi de ete’, een onderzoek naar de ontwikkeling van de kaseko in Suriname 1920-1990’.

Tekst en beeld Tascha Aveloo

Zij studeerde onlangs af aan de Faculteit Humaniora van de Anton de Kom Universiteit, richting geschiedenis, met een negen. Mogelijk zal ze verder

onderzoek doen voor een masterstudie. Het is gebruikelijk dat studenten van hun thesis een handelseditie uitgeven. Daf zal zij ook doen. Volgens Leeflang had zij een ‘immens’ probleem tijdens het schrijven van haar proefschrift, dat maximaal dertienduizend woorden mocht zijn. De eerste versie was twintigduizend woorden.

“De docenten werden niet goed van me, want tijdens elk college sprak ik over kaseko”

‘Nieuwsgierig’

In het gesprek vertelde Mitchell sprankelende verhalen over wat hij met zijn band en Lieve Hugo had meegemaakt in de opnamestudio in Nederland. Leeflang: “Ik had dat nog nooit op die manier van iemand gehoord en schreef er een artikel over,

want als Lieve Hugo nog leefde zou hij toen 75 zijn geworden. Ik wilde meer weten, want ik hou verschrikkelijk veel van geschiedenis.”

De lezing werd onderbouwd met slides en foto’s met oude, bekende en onbekende kaseko legendes. In het onderzoeksverslag staat dat verhalen vaak tegenstrijdig waren. Zij heeft kwalitatief onderzoek gedaan vanuit bekende boeken en heeft uren met musici gesproken. Ze liet een foto zien van door Stedman getekende oude muziekinstrumenten die in de slaventijd werden gebruikt. De lezing werd muzikaal aangevuld door ‘klein’ Orchestra Alafa onder leiding van Rudy Spa, die verschillende soorten kaseko en bigi poku liet horen.

Leeflang had lange tijd de drang om te studeren, maar pas tijdens Covid-19, waardoor ze vanuit haar bedrijf veel minder had te doen, schreef ze zich in voor de opleiding geschiedenis. “Alle docenten werden niet goed van me, want tijdens elk college sprak ik over kaseko. Alle opdrachten duwde ik in die richting.”

Ze vertelde ook dat hoe meer zij sprak met mensen als John Jones en Spa hoe meer dat groeide omdat zij nieuwe informatie hoorde die ze wilde delen vanuit haar journalistieke achtergrond. “Nu schrijf ik blogs, een uit de kluiten gegroeide hobby.”

Bigi poku is geen kaseko

Leeflang vertelde over de invloed die kapelmuziek heeft gehad op het vormen van de kaseko. Er werd vaker op straat in Suriname gespeeld, ook tijdens de ‘konfriyari’, de viering van de verjaardag van de koningin op het Gouvernementsplein, nu Onafhankelijkheidsplein.

Leeflang benadrukte dat bigi poku geen Sranantongo-vertaling is van het woord kaseko. Het zijn twee totaal verschillende stijlen muziek. Zo zijn de grootste verschillen dat de bigi poku altijd akoestisch is en er niet bij wordt gezongen, terwijl bij de kaseko er wel elektronische muziek is, zoals de basgitaar en er wordt gezongen. Bigi poku kan wel worden bestempeld als voorloper van de kaseko. Het woord bigi poku is  mogelijk een verbastering van ‘big pauk’, de pauk dat is de skrakidron of basdrum.

Opmerkelijk is dat het woord kaseko eerder heeft bestaan en wel als inheemse naam. Andere verklaringen waren onder meer kase le corp (patois) en kasio (Ashanti en calypso).

Geschiedenis herschrijven

Kaseko begon als straatmuziek. In haar inleiding ging Leeflang diep in op de vele bands die ontstonden, de diverse soorten kaseko en de invloeden van Guyanezen en de New Orleans Jazz, het weglaten en toevoegen van bepaalde instrumenten aan de kaseko bezetting. Ook stond ze stil bij de hoogtijdagen van kaseko van 1960 tot de jaren negentig, die onder meer de piekperiode was van Lieve Hugo, de King of kaseko.

Ze vertelde hoe kaseko op gegeven moment steeds meer op televisie en radio te horen was, zeker onder invloed van het Srefidensi -denken, waarbij men het eigene steeds meer ging waarderen. Maar ook hoe de kaseko na de jaren negentig een neergang meemaakte, dat er nauwelijks tot geen nieuwe composities werden gemaakt en dat er gemengde vormen ontstonden zoals kaskawi, een verdere versnelling van het ritme.

Rita Tjien Fooh, directeur van het NAS, stelde dat ze de afgelopen tijd vaker de opmerking heeft gehoord dat er veel lezingen worden gehouden in het archief. “Het is voor ons belangrijk dat we filmmakers, schrijvers, creatievelingen een platform bieden om hun creaties aan een groter publiek aan te bieden”, verklaarde ze.

Tjien Fooh heeft vaker gesteld dat het nu de tijd is om vanuit Surinaams perspectief de Surinaamse geschiedenis te onderzoeken en vast te leggen. “Aan de Noordzee (Nederland, … red.)  worden studies verricht en nu hebben we de bronnen hier. Daarom is het belangrijk om deze initiatieven, zoals dit kaseko onderzoek, te ondersteunen. Want we zien dat geschiedenis leeft in Suriname en dat de gemeenschap hunkert om meer te weten te komen over haar eigen geschiedenis.”

Tegen het einde van de lezing tekenden Leeflang, als voorzitter van de stichting Kaseko, en Tjien Fooh een samenwerkingsovereenkomst. Daarmee wordt beoogd elkaar te bevorderen en ondersteunen in het streven om meer onderzoek te doen naar de kaseko en dat vast te leggen.

| de ware tijd | Door: Redactie