Essed: Eventueel gratieverzoek slechts uitstel van executie
| starnieuws | Door: Redactie
Hugo Essed, advocaat van de nabestaanden. Indien binnen 8 dagen na 22 december de veroordeelden in het 8 december strafproces ook daadwerkelijk een verzoek tot gratie indienen, dan blijft volgens artikel 487 van het Wetboek van Strafvordering de reeds ingetreden opschorting van het vonnis van kracht. Dit tot het moment waarop over het gratieverzoek wordt beslist. "Een gratieverzoek
is slechts uitstel van executie", zegt Hugo Essed, advocaat van de nabestaanden in gesprek met Starnieuws. Het Openbaar Ministerie heeft bevestigd dat de vonnissen tegen de op 20 december 5 veroordeelde personen in het 8 december strafproces van rechtswege zijn opgeschort. Essed erkent dat dit het rechtsgevolg zal zijn, indien het gratieverzoek daadwerkelijk wordt ingediend, maar hij maakt zich toch geen zorgen, “aangezien ik ervan overtuigd ben dat aan de 5 veroordeelden geen gratie zal worden verleend. Dat verzoek zal niet meer zijn dan een uitstel van de executie van de voor het
medeplegen van 15-voudige moord opgelegde gevangenisstraffen”.Volgens Essed wordt op basis van artikel 486 van het Wetboek van Strafvordering “de tenuitvoerlegging” van een “veroordelend” vonnis “opgeschort”, vanaf het moment dat de veroordeelde dat “uitdrukkelijk verlangt”. Dat verlangen heeft advocaat Irvin Kanhai op 22 december namens de 5 veroordeelden schriftelijk aan het Openbaar Ministerie kenbaar gemaakt. Het Openbaar Ministerie heeft daarna bekend gemaakt dat van rechtswege de vonnissen zijn opgeschort. “Dit standpunt lijkt mij helaas juist, immers het staat woordelijk in de wet”.“Juist om dit opschorten te voorkomen heeft mijns inziens het Openbaar Ministerie naast de veroordeling tot gevangenisstraf, ook verzocht dat het Hof van Justitie de gevangenneming zou gelasten. Helaas heeft het Openbaar Ministerie dat verzoek niet gemotiveerd en heeft het Hof van Justitie dat ook niet gelast”. Volgens Essed zou, indien dat wel was gelast, “daarmee de opschortende werking van het uitdrukkelijk geuite verlangen als bedoeld in artikel 486, geblokkeerd worden”. Essed betreurt het dat “ook nu weer blijkt dat het Surinaams Wetboek van Strafvordering zelfs aan veroordeelde moordenaars meer rechten toekent dan aan de nabestaanden van de vermoorde slachtoffers.”
| starnieuws | Door: Redactie