
Laat het volk niet opnieuw teleurstellen: Suriname is niet klein te krijgen
| snc.com | Door: Dr. Lachman Soedamah
Suriname heeft door de eeuwen heen het onmogelijke overleefd: koloniale overheersing, slavernij, contractarbeid, etnische uitsluiting, een militaire dictatuur, economische crises en pandemieën. En toch staat het land nog steeds overeind. Niet dankzij perfecte leiders, en ook niet dankzij buitenlandse steun, maar door de onverwoestbare kracht van zijn mensen.
Het Surinaamse volk is niet klein te krijgen. En dat zou het morele kompas moeten zijn voor iedereen die vandaag bestuurlijke verantwoordelijkheid draagt.
Een geschiedenis van pijn én kracht
Elke Surinamer draagt – zichtbaar of onzichtbaar – de erfenis van een lange strijd. Onze inheemse volkeren werden verdreven, genegeerd en gemarginaliseerd, maar hielden hun talen,
Onze contractarbeiders uit India, Java, China en elders werden misleid en uitgebuit, maar zetten door, investeerden in onderwijs en werden de motor van vooruitgang. Tijdens de militaire dictatuur durfden journalisten, studenten, geestelijken en burgers hun stem te verheffen tegen angst en onderdrukking.
En in de recente jaren van crisis, inflatie en maatschappelijke teleurstelling hebben Surinamers opnieuw laten zien: wij passen ons aan, organiseren onszelf en zoeken oplossingen wanneer instituties tekortschieten.
Deze veerkracht is geen abstract begrip. Ze is
Een oproep aan het politieke bestel
Het Surinaamse volk is niet naïef. Het is hoopvol, maar ook moegestreden. En vooral: het stelt steeds opnieuw vertrouwen in de democratische rechtsorde, zelfs na tientallen gebroken beloftes.
Daarom is het van cruciaal belang dat bestuurders, beleidsmakers en volksvertegenwoordigers binnen het politieke bestel de moed tonen om te luisteren naar het volk – en om te handelen naar de kracht die daaruit spreekt.
Dat vraagt allereerst om het loslaten van verdeeldheid en kortzichtige belangenpolitiek. De samenleving verlangt geen etnisch geladen retoriek of persoonlijke profilering, maar een visie op nationale eenheid en gedeelde vooruitgang.
Daarnaast is het noodzakelijk dat beleidsverantwoordelijken investeren in echte bestaanszekerheid. Niet in beleidsdossiers die op papier indrukwekkend ogen maar op straat niets veranderen, maar in concrete verbeteringen: toegang tot schoon water, duurzame werkgelegenheid, betaalbare gezondheidszorg en goed onderwijs – in elke wijk, in elk district.
Rechtvaardigheid moet daarbij het fundament zijn. Wie het verleden niet erkent, kan het vertrouwen in de toekomst niet herstellen. Dat betekent: erkenning van historisch onrecht, bescherming van rechtsstatelijke instituties en een bestuurscultuur die integer en transparant is. Goed bestuur begint bij het voorbeeldgedrag van degenen die het land dienen.
En ten slotte verdient het volk serieuze betrokkenheid. Niet alleen in verkiezingstijd, maar in elk stadium van beleidsvorming en uitvoering. De samenleving beschikt over kennis, ervaring en daadkracht – het is aan het bestuur om die potentie te benutten en te waarderen.
De toekomst vraagt om dienend leiderschap
De ware kracht van Suriname ligt niet in zijn natuurlijke hulpbronnen of internationale leningen. Ze ligt in de gemeenschapszin van het volk. In het doorzettingsvermogen van marktvrouwen, leerkrachten, ambachtslieden, boeren, studenten en migranten. In de onderlinge solidariteit van een samenleving die, ondanks alles, blijft geloven in vooruitgang.
Zij verdienen leiderschap dat moedig genoeg is om eerlijk te zijn, en nederig genoeg om te dienen.
Want wie de kracht van het Surinaamse volk onderschat, maakt een historische vergissing. Dit volk laat zich niet klein krijgen – niet door dictatuur, niet door corruptie, niet door wanbeleid. Maar het zal zich ook niet eindeloos laten bedriegen.
Laat het niet opnieuw gebeuren.
door: Lachman Soedamah
| snc.com | Door: Dr. Lachman Soedamah