• zaterdag 23 November 2024
  • Het laatste nieuws uit Suriname

Overheid te traag met wetgeving local content

| de ware tijd | Door: Redactie

Hoewel er regelingen zijn voor het aantrekken van lokale capaciteit door buitenlandse investeerders bij het uitvoeren van op aardolie gerichte projecten, opereert de overheid nog te traag om wetgeving te maken die meer economische sectoren bestrijkt. Dat kwam tot uiting tijdens de Suriname Energy, Oil & Gas Summit (19-23 juni) in Hotel Torarica.

Tekst Ivan Cairo

Beeld staatsolie.com

Belastingconsulent Roy Shyamnarain, die op de conferentie een presentatie hield, zegt tegen de Ware Tijd dat het niet helemaal juist is dat er geen wetgeving is. Artikel 17 van de Petroleumwet schrijft namelijk voor dat contractors bij de tewerkstelling van personeel en de aanschaf van goederen en

diensten, voorrang moeten geven aan Surinaamse werknemers en Surinaamse leveranciers, voor zover aanwezig.

Ondernemer Malcolm Bilkerdijk vindt dat het “te traag” gaat bij het maken van local content-wetgeving. “Wij als ondernemers merken dat, toch? We worden niet voorbereid op wat ons te wachten staat”, zegt hij.

“Die ‘barslechte deal’ heeft Guyana wel vijf jaar voorsprong op Suriname gegeven en een goedgevulde sovereign fund opgeleverd”

Roy Shyamnarain

Bilkerdijk voegt eraan toe dat het niet alleen gaat om formaliteiten, zoals het meedoen aan inschrijvingen. “Er komt veel bij kijken, maar de ondernemers moeten worden bijgeschoold, want anders loop je enorm achter.”

Hij constateert dat lokale ondernemers vaak in een

slechte startpositie verkeren wanneer het aankomt op deze soort zaken. Guyana is volgens hem een goed voorbeeld waar het verkeerd is gegaan met het local content-beleid van de regering. Bilkerdijk merkt op dat de Vereniging Surinaams Bedrijfsleven (VSB) en de Kamer van Koophandel en Fabrieken (KKF) zich inzetten opdat de wetgeving komt, maar tot nu toe is nog niet veel van de grond gekomen.

Zelf aanpakken

Timothy Mendonça, directeur van EAG Airport Management, zegt desgevraagd dat zijn bedrijf niet zit te wachten op de wet. Het bedrijf bereidt zich al voor op de komende ontwikkelingen in de offshore olie- en gassector. Tot nu toe heeft EAG Airport Management de ontwikkelingen wel kunnen bijbenen.

Hij meent dat er geen specifieke wet hoeft te komen. Wel moet de overheid een raamwerk maken waarin de controle en naleving van de regels zijn gegarandeerd. “Je kan 101 geweldige local content-wetten hebben waaraan duizenden consultants en juristen hebben gewerkt, maar als niemand controleert of we ons echt eraan houden of als de buitenlandse concurrent zich eraan houdt, dan heb je er niets aan.”

Petroleumwet

Volgens Shyamnarain biedt de Petroleumwet voldoende houvast voor lokale bedrijven om aan de slag te gaan. “Een contractor zal, overeenkomstig de wettelijke regelingen en de bepalingen van de Petroleumovereenkomst, er zorg voor dragen dat het in dienst nemen van buitenlands personeel strikt wordt beperkt tot functies waarvoor er geen ervaren en gekwalificeerde Surinamers beschikbaar zijn en zal alle mogelijkheden gebruiken opdat Surinaamse burgers zich bekwamen in en verantwoordelijke posities verwerven bij de werkzaamheden in het kader van de Petroleumovereenkomst”, luidt lid 1 van artikel 17 van de Petroleumwet.

Zo zijn buitenlandse contractors volgens de Petroleumwet verplicht, om bij de uitvoering van werkzaamheden, voorkeur te geven aan goederen en diensten die in Suriname zijn geproduceerd of beschikbaar boven buitenlandse goederen en diensten, indien deze te verkrijgen zijn op niet minder gunstige voorwaarden. Shyamnarain: “Deze bepaling wordt ook vrijwel letterlijk in de productiedelingscontracten opgenomen. De contractors moeten hun inspanningen op dit gebied periodiek rapporteren aan Staatsolie.”

Hij erkent evenwel dat er een specifieke local content-wet moet komen, “maar niet zo stringent als in Guyana, want dat kan leiden tot negatieve effecten”. In Suriname bestaat, aldus de belastingdeskundige, nu al understanding tussen partijen dat bepaalde goederen, zoals voedingswaren en brandstof uitsluitend lokaal worden aangeschaft.

Echter, het schijnt vaak een uitdaging te zijn voor lokale leveranciers om consistent te zijn in kwaliteit en continuïteit. “Ik denk dat als bedrijven de ambitie hebben om preferred supplier te worden, zij in elk geval zich liever eerst moeten klaarmaken om de vereiste standaarden te halen”, zegt Shyamnarain. Vanuit de overheid of Staatsolie zou alvast wat begeleiding en ondersteuning daarbij kunnen worden gegeven.

Voorsprong Guyana

Hij stelt dat vanuit het standpunt van de oliemaatschappijen bekeken zij in Suriname niet zo een “sweet deal” hebben gekregen als de oliemaatschappij Exxon, die in buurland Guyana al enkele jaren olie oppompt. “De fiscale voorwaarden van Suriname beogen ons een fair share van onze resources te geven en tegelijk een aantrekkelijk rendement op te leveren voor de maatschappijen. En het schijnt dat de maatschappijen daarmee kunnen leven.”

Shyamnarain voegt eraan toe dat onder druk van de publieke verontwaardiging over de “barslechte” ExxonMobil-deal Guyana probeert een inhaalslag te maken door nieuwe voorwaarden in te voeren, die het land een groter stuk van de koek gaat opleveren bij nieuwe contracten. 

“Maar goed of slecht in dit opzicht is wel heel relatief. Want die ‘barslechte deal’ heeft Guyana wel vijf jaar voorsprong op Suriname gegeven en een goedgevulde sovereign fund opgeleverd”, stelt de fiscaal-jurist. Hij benadrukt dat Suriname moet opletten dat hij gedurende de nieuwe bidding rounds voor de offshoreblokken, competitief blijft ten opzichte van Guyana. Het buurland zet namelijk vrijwel tegelijk met Suriname ook nieuwe blokken in de etalage.


Abonneer op ons youtube kanaal.
Bedankt voor het kijken en abonneren.
'Suriname Nieuws Centrale'


| de ware tijd | Door: Redactie