Olie, monocultuur en de verwaarlozing van de agrarische sector
| dagblad suriname | Door: Redactie
Als econoom kijk ik, Michael, vaak naar de effecten van olievoorraden op de economieën van verschillende landen. De vraag of olie een monocultuur creëert en de agrarische sector verwaarloosd blijft boeiend. Het is interessant om te observeren hoe olie verschillende landen beïnvloedt en de motivatie binnen andere sectoren beïnvloedt.
Neem bijvoorbeeld Nigeria.
Het land heeft immense oliereserves, maar deze rijkdom heeft het land niet automatisch welvarend gemaakt. De focus op olie-exploitatie heeft de agrarische sector in de schaduw gezet. Voorheen exporteerde Nigeria cacao en grondnoten, maar nu is het voor een groot deel afhankelijk van de olie-export. De landbouw werd verwaarloosd en
Venezuela is een ander frappant voorbeeld. Terwijl het één van de grootste olievoorraden ter wereld heeft, lijdt het land onder economisch wanbeheer en politieke turbulentie. De afhankelijkheid van olie heeft andere sectoren doen stagneren. Vroeger was Venezuela een vruchtbare voedingsbodem voor koffie en cacao, maar die tijden lijken vervlogen. De duurzaamheid van hun economische model is flinterdun, want als de olieprijzen kelderen, gaat het land meteen mee ten onder.
In beide
Toch zijn er landen zoals Noorwegen die de uitdaging goed hebben aangepakt. Ze hebben hun olie-inkomsten gebruikt om een spaarfonds op te bouwen en hebben geïnvesteerd in diverse sectoren. De agrarische sector blijft gezond, omdat er beleid is voor duurzame ontwikkeling.
De vraag blijft echter: zullen olieproducerende landen leren van deze ervaringen? Blijven ze hopen op oliebonanza’s of kiezen ze voor een evenwichtiger pad dat meerdere sectoren stimuleert? Het is een delicate balans, maar als econoom blijf ik hopen dat meer landen zullen kiezen voor diversiteit in hun economie.
Michael, econoom
Paramaribo
| dagblad suriname | Door: Redactie