Geld carbon credits voor aanpak klimaatverandering
| starnieuws | Door: Redactie
Minister Marciano Dasai van Ruimtelijke Ordening en Milieu tijdens een persconferentie. (Foto: René Gompers) Green Climate Fund (GCF) is voornemens om volgend jaar 10 miljoen carbon credits van Suriname te kopen voor US$ 80 miljoen. Het geld is bestemd voor projecten om het land bestendig te maken tegen de gevolgen van klimaatverandering. Op dit moment zijn er via andere donoren tot
US$ 100.000 beschikbaar voor projecten met hetzelfde doel. En als de rijke landen zich houden aan afspraken om tot 2035 jaarlijks US$ 300 miljard te doneren aan de ontwikkelingslanden die het geld ontberen om zich adequaat tegen de klimaatsveranderingen te beschermen, kan het land nog ruim 2 miljard binnenhalen. Suriname heeft US$ 7 miljard nodig als zij zich goed wil beschermen tegen de gevolgen van klimaatverandering deelt minister Marciano Dasai van Ruimtelijke Ordening en Milieu mee. Dasai heeft op een persconferentie onder andere uitgelegd wat de Conference of the Parties 29 (COP 29) van Klimaatverdrag, waar Suriname lid van is,
heeft opgeleverd. Er hebben 70.000 personen deelgenomen aan de conferentie in Azerbeidzjan. Suriname was als lidstaat ook vertegenwoordigd en heeft tijdens de onderhandelingen actief deelgenomen. In het slotakkoord is uiteindelijk bepaald dat rijke landen jaarlijks US$ 300 miljard dollar moeten bijdragen om de kosten te dekken die de 150 ontwikkelingslanden maken om zich tegen de gevolgen van klimaatverandering in te dekken. Deze gelden kunnen ingezet worden voor betere bebouwing en infrastructuur tegen rukwinden, stormen of watervloeden. Verder kan het worden uitgegeven aan kustbescherming waaronder het aanleggen van (zee)dijken, gevolgen voor de mens bij het droog lopen van rivieren, hittegolven. Ook kunnen de gelden worden ingezet voor het installeren van groene energie, beschermen van bossen en projecten draaien waarbij de uitstoot van koolstoffen verminderd worden. Niet iedereen is tevreden met de US$ 300 miljard, het doel was om tenminste US$ 1300 miljard van de rijke landen los te krijgen, omdat zij door hun industriële activiteiten wereldwijd verantwoordelijk worden gesteld voor de hoeveelheid uitstoot van schadelijke gassen in de atmosfeer die nu mede de 'climate change' veroorzaken. De bewindsman heeft uitgelegd dat Suriname zich op de COP 29 ook sterk heeft gemaakt voor de 39 leden van de Alliance Of Small Island States (AOSIS), een groep landen die de meeste risico lopen. Suriname is ook lid van de Oasis en heeft ervoor gepleit dat deze groep landen een groter deel gaan krijgen wanneer de 300 miljard wordt uitbetaald. De groep had geklaagd dat zij van de vorige som (US$ 100 miljard per jaar tussen 2020 en 2025) veel te weinig hebben ontvangen. Naast de US$ 300 miljard is op de vergadering ook gelukt om Article 6 in orde te krijgen; het komt erop neer dat er nu betere regels zijn vastgesteld om te kunnen handelen in carbon credits. Er is nu bijvoorbeeld een prijzenbeleid, zodat voortaan de organisaties die carbon credits willen kopen niet meer zelf de prijs bepalen die ze willen betalen. Suriname is voor de AOSIS hier ook trekker geweest omdat het land wat meer ervaring heeft met carbon credits. Suriname heeft met zijn ongerepte bossen de potentie om 13.1 gigaton aan koolstoffen (carbon dioxide) uit de atmosfeer te houden. Elke ton carbon dioxide die uit de atmosfeer gehouden kan worden levert een carbon credit op. Industrieën kopen de carbon credits op om hun uitstoot van schadelijke stoffen te compenseren. Deze carbon credits kunnen ook op een andere manier aangemaakt worden; door projecten uit te voeren waarbij er zo min mogelijk schadelijke stoffen in de lucht komen. Suriname heeft door aan effectieve en duurzame houtkap te doen, meer dan 18 miljoen van deze credits geproduceerd. Ondertussen heeft een klant zich aangemeld om deze credits op te kopen deelt Dasai mee: "We hebben gesproken met GCF en ze heeft geaccordeerd dat wij US$ 80 miljoen kunnen krijgen voor 10 miljoen credits in 2025. Dat is dus een mooie mijlpaal waarbij we het geld kunnen krijgen in 2025." Er zijn nog meer deals gesloten vervolgt Dasai: "We hebben Quick Climate Finances kunnen krijgen tot bedragen van US$ 100.000 bestemd voor de 'frontline communities' (Inheemsen en Tribalen). We moeten dus projecten indienen en het geld kan er in drie maanden zijn. Dasai deelt mee dat Suriname, Bhutan, Madagascar en Panama (carbon negatieve landen in de wereld, omdat ze zo weinig uitstoten dat ze niet als vervuilers aangemerkt kunnen worden) de G-Zero Coalition hebben gelanceerd. Gezamenlijk gaan zij pleiten voor meer financiën en capaciteitsversterking om hun status van carbon-negatieve land te behouden. Dasai licht toe hoeveel geld Suriname nodig heeft: "Als wij ons willen aanpassen aan de effecten van klimaatsverandering hebben wij in de komende 10 jaren ongeveer US$ 7 miljard nodig. Dan praten we over infrastructuur, over dammen, over dijken, landbouw enzovoorts. Dat is heel veel geld." Een andere zorg is dat met de nieuwe olie- en bauxiet industrie er enorme uitstoot gaat plaatsvinden. De uitstoot kan gecompenseerd worden met de aankoop van de Surinaamse carbon credits.
| starnieuws | Door: Redactie