• zondag 24 November 2024
  • Het laatste nieuws uit Suriname

DE PRESIDENT MOET ZORGVULDIG OMGAAN MET ZIJN WOORDKEUZE

| united news | Door: Redactie

Auteur: Wilfred Leeuwin.

Procureur-generaal (PG) Garcia Paragsingh riep afgelopen vrijdag tijdens een persconferentie journalisten op tot aandacht voor de woordkeuze van president Chandrikapersad Santokhi.

Dit statement deed zij naar aanleiding van geluiden uit de samenleving dat het Openbaar Ministerie (OM) – onder haar leiding – “op de schoot zou zitten” van de president. Deze indruk vindt zij zorgwekkend.

Volgens Paragsingh dragen uitspraken zoals “Ik heb de procureur-generaal opdracht gegeven” bij aan deze misvatting. “Dat is absoluut onjuist,” benadrukte de PG. Ook zij heeft vernomen dat dergelijke opvattingen leven in de samenleving.

Paragsingh stelde dat het OM slechts in financiële zin afhankelijk is van de

uitvoerende macht, namelijk via het ministerie van Financiën en Planning, dat middelen beschikbaar stelt voor de uitvoering van het OM-werk.

Ze benadrukte dat noch de president, noch anderen buiten het wettelijk kader opdrachten aan het OM kunnen geven. Toch hebben zowel president Santokhi als zijn zoon, Richano Santokhi, meerdere malen publiekelijk verklaard dat de president opdrachten aan het OM geeft. “Mensen kunnen van alles roepen, maar wij weten dat het niet waar is,” reageerde Paragsingh hierop.

De procureur-generaal verwees naar artikel 148 van de Surinaamse grondwet, waarin staat dat de regering het algemeen vervolgingsbeleid bepaalt en in het belang van de staatsveiligheid

concrete instructies aan de PG kan geven. Paragsingh onderstreepte echter dat dergelijke instructies strikt beperkt zijn tot staatsveiligheidskwesties.

Hoewel de regering prioriteiten mag stellen, zoals bij het niet insluiten van personen met kleine hoeveelheden drugs vanwege beperkte celcapaciteit, is het niet toegestaan dat de president direct ingrijpt in individuele zaken of specifieke vervolgingsbeslissingen. “De president kan de PG niet verbieden om iets te doen,” stelde Paragsingh. Zij wees erop dat de regering over veiligheidskwesties verantwoording moet afleggen aan De Nationale Assemblee (DNA).

De PG erkende dat de bewoordingen van artikel 148 van de grondwet – waarin wordt gesteld dat de regering verantwoordelijk is voor het opsporingsbeleid – voor veel burgers onduidelijk zijn. Hierdoor ontstaat vaak de vraag of de president ook bevoegd is om te bepalen wie wel of niet mag worden vervolgd. Recente incidenten, waarbij critici van de president werden gearresteerd, hebben deze verwarring versterkt. Paragsingh merkte op dat president Santokhi dit grondwetsartikel vaker heeft aangehaald om zijn macht binnen de rechterlijke macht te illustreren.

Het gebrek aan een memorie van toelichting bij de grondwet maakt het volgens Paragsingh lastig om artikelen zoals die over het opsporingsbeleid correct te interpreteren. Ze uitte de hoop dat haar uitleg journalisten zal helpen om de juiste boodschap over te brengen aan de samenleving.

UNITEDNEWS

 

 

| united news | Door: Redactie