Verkeersveiligheid aaangekaart bij Wet Verkeersautoriteit

Obed Kanape, voorzitter van de commissie van rapporteurs aan het woord. (Beeld: DNA TV)

Tijdens de behandeling van de Wet Instelling Verkeersautoriteit donderdag zijn verschillende zaken aan de orde gesteld die te maken hebben met verkeersveiligheid. Obed Kanape (ABOP/PL), voorzitter van de commissie van rapporteurs, zei dat veel wijzigingsvoorstellen zijn meegenomen en dat er een autoriteit nodig is die moet zorgen

voor acties en programma’s die ervoor moeten zorgen dat we minder verkeersongevallen hebben. 

“De wet regelt voornamelijk dat Suriname overgaat tot het houden van beter toezicht en handhaven van wetten met betrekking tot de openbare wegen”, zei Kanape. Zo is het startbedrag van SRD 2 miljoen verhoogd naar SRD 10 miljoen. Ook is bij de samenstelling van de autoriteit rekening gehouden met de rechten van personen die deelnemen aan het verkeer. Volgens Kanape is het belangrijk dat wanneer men deelneemt aan het verkeer, men gegarandeerd ergens kan gaan als men meent dat hun rechten vertrapt zijn. Hij wees ook op het

belang van een centrale coördinatie van verkeersbeleid in ons land, omdat nu beleid verspreid over ministeries en instituten wordt uitgevoerd. “Deelname aan het verkeer is een recht, maar er moeten regels zijn voor veiligheid”, stelde Kanape.

Stephen Tsang (NDP) plaatste kanttekeningen bij de voorgestelde wijzigingen in de wetgeving, met name artikel 11, waarbij hij wijst op mogelijke verwarring en onduidelijkheid over de voordracht van raadsleden voor de verkeersautoriteit. Verder uitte hij zijn twijfels over de rechtvaardiging voor het oprichten van een verkeersautoriteit, gezien de reeds bestaande effectiviteit van het Verkeersveiligheidsinstituut (VVI). 

Tsang vroeg ook om transparantie over de financiële middelen die naar de autoriteit zullen gaan en de mogelijke impact op de verzekeringspremies. Hij uitte bezorgdheid over de noodzaak van een nieuw slachtofferfonds en belangenverstrengeling bij het beheer ervan door de verkeersautoriteit. Eerder is gevraagd om de 10% van de verzekeringspremie die moet toekomen aan de autoriteit te schrappen, maar hiervan is afgeweken. Tsang wees erop dat er al 10% op brandstof komt en dat de premies dit jaar met 50% zijn verhoogd. Hij vroeg het volk niet meer te belasten.

Tijdens de vergadering is er weer aandacht gevraagd voor de e-bikes die groot gevaar lopen in het verkeer. Er is gevraagd of de politieambtenaren die als beveiliging geplaatst zijn bij hoogwaardigheidsbekleders en politiek invloedrijke mensen, al terug zijn in het korps. Er werd gewezen op de verruwing van de criminaliteit en dat die politieambtenaren het best weer in de samenleving ingezet kunnen worden. Er is ook aandacht gevraagd voor middelen voor het korps, maar ook onderzoek hoe auto’s ingezet worden.

Harriet Ramdien (VHP) vroeg om na te gaan wat er nog gedaan moet worden, omdat ondanks alle informatiecampagnes en voorlichting er toch veel verkeersongevallen plaatsvinden. Zij vroeg het slachtofferfonds niet bij de autoriteit maar ergens anders onder te brengen, omdat in de praktijk slachtoffers gewoon alleen staan. “Ze krijgen maar een ondersteuning van sociale zaken maar verder niets, ook niet van de dader”, stelde ze. Ramdien vroeg aandacht voor wegmeubilair en auto’s die rijden met één koplamp. Ze vroeg extra aandacht voor safe city camera’s vanwege de voordelen om criminelen gemakkelijk te achterhalen en te herkennen. Ze uitte haar bezorgdheid over winkels die later openblijven dan de vergunning aangeeft met als gevolg dat mensen voor de winkel blijven hangen, drinken en in beschonken toestand deelnemen aan het verkeer. Ramdien vroeg de regering hiertegen op te treden.

Reshma Mangre (VHP) pleitte voor certificering voor de e-bikes en de bromfietsers. In 2024 zijn er al 14 verkeersdoden, waarvan 10 bromfietsers zijn. “Dit betekent dat iets niet klopt. Certificering kan levens besparen”, stelde Mangre. Zij merkte op dat veel mensen gebruik maken van e-bikes, omdat ze goedkoper zijn en men op benzine kan besparen. Ze stelde voor de wetgeving aan te passen dat e-bikes gelijkgesteld worden aan bromfietsen, waardoor bestuurders van e-bikes hun voertuig moeten verzekeren en een valhelm moeten dragen. Daarnaast pleitte ze voor veel geld in het slachtofferfonds omdat niet alleen financiële steun, maar ook emotionele en praktische ondersteuning aan slachtoffers en familie, nodig zijn in moeilijke dagen.

Ebu Jones (NDP) merkte op dat bij de taken en bevoegdheden die opgenomen zijn voor de autoriteit, het meer gaat om controlerende taken en het meehelpen veilig maken van het verkeer. Dit maakt het onmogelijk voor de autoriteit om bestuurlijke sancties te hebben. Hij vroeg om deze uit de wet te halen. “Er is geen ruimte voor bestuurlijke sancties conform de taken en bevoegdheden van de wet”, aldus Jones. Hij zei verder dat hij geen voorstander is dat de autoriteit internationale fondsen mag aanspreken. Hij vroeg dat de minister dat doet en de middelen doorsluist naar de autoriteit.

Over het overdragen van tenminste 10% van de premieopbrengsten door verzekeringsmaatschappijen, zei Jones dat deze maatschappijen al BTW betalen. Hij vroeg dat een deel van de btw afgedragen wordt, omdat als ze naast 10% btw ook nog 10% moeten afdragen aan de autoriteit, de verzekeringsbedragen omhoog zullen gaan. Na het betoog van Jones moest Evert Karto (ABOP/PL) als lid van de commissie nog aan het woord komen, maar de vergadering werd in verband met Ramadan verdaagd naar een nader te bepalen tijdstip.