• maandag 25 November 2024
  • Het laatste nieuws uit Suriname

HET GAAT NIET OM SUBSIDIES, MAAR OM ONNODIG HOGE ELEKTRICITEITSTARIEVEN

| united news | Door: Redactie

Foto: President Chandrikapersad Santokhi en Dayanand Dwarka, lid van de EBS-Tarieven Commissie (ETC).

De (ETC) heeft in een brief aan de delegatie van het Internationale Monetaire Fonds (IMF) in Suriname laten weten dat de discussie niet alleen moet gaan over de afschaffing van subsidies op elektriciteit.

“Het draait helemaal niet om subsidies, maar om de onnodig hoge tarieven die burgers moeten betalen,” licht Dayanand Dwarka, lid van de commissie, toe. De basis van deze hoge tarieven ligt in de oneerlijke en buitensporige prijzen die de regering, de EBS en Staatsolie hanteren om de kostprijs voor elektriciteit vast te stellen.

De ETC benadrukt dat

het IMF de verantwoordelijkheid moet nemen en ervoor moet zorgen dat de regering eerlijk en transparant is over de werkelijke kostprijs voor het opwekken van elektriciteit. IMF-delegatieleider Anastacia Guscina verklaarde vorige week op een persconferentie dat de regering serieuze beleidsmaatregelen moet nemen om de stroomvoorziening te waarborgen en subsidies op elektriciteit af te bouwen. De ETC bekritiseert echter Guscina’s opmerking dat ze op de hoogte is van omstreden onderhandelingen over formules en discussies over voorspellingen van meer regen, waardoor goedkopere elektriciteit zou kunnen worden opgewekt uit het stuwmeer, in plaats van met dure brandstof, die de Energie Bedrijven Suriname (EBS)
moeten betalen.

“Mevrouw Guscina spreekt alleen over de afschaffing van subsidies en zegt terecht dat bidden om regen geen goed overheidsbeleid is, maar ze wijst de regering niet op de kern van het probleem: de onnodig hoge kostprijs die aan de samenleving wordt doorberekend,” aldus Dwarka.

In haar brief aan het IMF stelt de technische commissie dat de uitspraken van Guscina niet de juiste toon aanslaan en genuanceerd moeten worden. In plaats daarvan zou het IMF erop moeten toezien dat de regering transparant is over de kostprijs van het opwekken van elektriciteit. “Het gaat dus niet om subsidies en ook niet om bidden voor meer regen,” verduidelijkt Dwarka de inhoud van de brief. De ETC stelt daarin:

“Wij bidden in Suriname niet om regen, maar eisen dat alle overvragingen door Staatsolie, SPCS (Staatsolie Power Company Suriname), EBS en de regering uit de kostprijs van het energietarief worden gehaald, zodat de werkelijke kostprijs bekend wordt en daardoor daadwerkelijk kan worden vastgesteld wanneer en voor welk bedrag er door de overheid wordt gesubsidieerd.

We bidden niet om regen, maar eisen dat er, gegeven de feiten en omstandigheden van het stuwmeer en de economische situatie van Suriname, wordt gehandeld en dat er niet op voorhand dure HFO-brandstof wordt verbrand, hetgeen de Staat Suriname reeds meer dan USD 12 miljoen heeft gekost. De beschikbare data geven aan dat het zelfs bij een droge periode van zeven maanden veilig is om gemiddeld tussen 130 en 145 Megawatt op te wekken met waterkracht. Bovendien tonen wetenschappelijke voorspellingen wat de verwachtingen zijn voor de komende maanden.

Controle op staatsbedrijven

Gezien de uitspraken, denken we dat er een spelletje wordt gespeeld door de regering in samenwerking met het IMF, ten koste van het volk. Indien het IMF dergelijke standpunten inneemt, moet het deze onderbouwen en samen met de regering transparantie betrachten, zodat een open en eerlijke discussie mogelijk wordt. Het is tevens belangrijk om vast te stellen dat het experimentele subsidiebeleid sinds 2021 volledig is mislukt en dat alle overvragingen ook na 2023 nog steeds deel uitmaken van het tarief.

De accountants van Staatsolie, SPCS, EBS en de regering zullen ter verantwoording moeten worden geroepen, evenals de raden van commissarissen van deze N.V.’s en de aandeelhouders die de geconsolideerde jaarverslagen goedkeuren. We stellen opnieuw vast dat de Staat Suriname, de klanten van de EBS en de burgers van het land ernstig worden benadeeld. Het is de hoogste tijd dat de minister van Financiën specificeert wat er aan subsidie is betaald, hetgeen door de Centrale ‘s Lands Accountantsdienst (CLAD) moet worden geverifieerd, terwijl de accountants van de EBS, SPCS, Staatsolie de controle op de jaarrekeningen moeten uitvoeren en deze jaarrekeningen door deze bedrijven moeten worden gepubliceerd.

Sinds juni 2021 hebben we gezien dat onder leiding van de CEO van Staatsolie, de directie van EBS, de EAS, het ministerie van Natuurlijke Hulpbronnen en het ministerie van Financiën, ondersteund door donororganisaties, de subsidie onder de noemer van “IMF-commitment” de afgelopen jaren alleen maar is toegenomen. Na drie jaar experimenteren is de situatie volgens het IMF in maart 2024 verslechterd. Het IMF zelf geeft toe dat het “subsidieverhaal” een farce is geworden en dat het ministerie van SOZAVO en de subsidiecontroller niet functioneren.

De overheid betaalt 30% van de EBS-facturen niet, terwijl deze wel worden meegerekend in het tarief. De laatste ontwikkelde staffel en het subsidiemodel hebben meer chaos gecreëerd, terwijl de uitbuiting van de Surinaamse samenleving wordt voortgezet en het concurrentievermogen van onze bedrijven afneemt. Het zou het IMF sieren als het samen met het ministerie van Financiën openheid van zaken geeft, diepgaande discussies durft aan te gaan en zich niet verschuilt achter de regering, terwijl de regering zich tegelijkertijd achter het IMF verschuilt.

UNITEDNEWS

GERELATEERD AAN: REGERING ONDER DRUK OM IMF-DOELEN TE HALEN | EBS SUBSIDIE PRAKTISCH NIET MEER MOGELIJK

| united news | Door: Redactie