‘Dit is een duidelijke politieke aanval tegen mij’
| dwtonline.com | Door: Jason Pinas
Hakrinbank-directeur Jim Bousaid zegt dat de maandelijkse pensioenuitkering naast het salaris, een afspraak is tussen de bank en haar personeel. Foto: dWT Archief
PARAMARIBO - "Deze twee mensen zijn vooraanstaande NDP-ers en politiek benoemde commissarissen. Ze hebben kennelijk een andere agenda om een politieke job hier te doen en dat betreur ik ernstig." Dit zegt een lichtelijk geïrriteerde Jim Bousaid, directeur van de Hakrinbank tegen de redactie. Hij doelt op Chantal Doekhie en Rabin Parmessar, leden van de Raad van Commissarissen (rvc), die volgens hem een belangrijke rol hebben gehad bij het uitlekken van informatie over zijn pensioenregeling.
In die berichten wordt beweerd
(adsbygoogle = window.adsbygoogle || []).push({});
dat Bousaid vanaf 2016 maandelijks ruim SRD 24.000 pensioen onterecht heeft ontvangen. Gesteld wordt dat de Remuneratie- en nominatiecommissie de rvc heeft gevraagd, dat de bankdirecteur het geld terugstort. Bousaid stoort zich ernstig aan deze verkeerde informatie en meent dat dit een bewuste politieke actie tegen hem is. De directeur stelt dat er niets mis is met een maandelijkse pensioenuitkering naast het salaris. "Dat is conform beslissingen die binnen de bank zijn genomen. Die regeling dateert van oktober 2001 en meerdere medewerkers van de Hakrinbank maken er gebruik van."
Ter ondersteuning van dat standpunt geef hij de redactie inzage in documenten
(adsbygoogle = window.adsbygoogle || []).push({});
waaruit blijkt dat die afspraken inderdaad bestaan. Overigens merkt Bousaid op, dat de Remuneratie- en nominatiecommissie noch de rvc terugstorten van pensioen mag eisen, omdat het Pensioenfonds een autonome organisatie is. Volgens een deskundige van het fonds gaat het niet om een nieuwigheid. Het hangt af van afspraken tussen partijen. Bousaid betitelt de beschuldiging aan zijn adres als "onsportief en vuilsmijterij". Hij meent dat deze kwestie intern al is afgehandeld tussen de directie en de rvc.
Volgens hem begrepen Doekhie en Parmessar als commissarissen de materie niet. De situatie is daarom voorgelegd aan twee onafhankelijke bureaus om onderzoek te doen: Harmsma Consultancy en Coster Advocaten. De directeur zegt dat geen van beide bureaus een fout heeft geconstateerd, omdat het afspraken zijn tussen de bank en haar personeel. Bousaid stelt dat Doekhie en Parmessar de geheimhoudingsplicht van de Hakrinbank met deze handeling ernstig hebben geschonden, omdat deze zaken onder betrouwbare informatie van de bank vallen. Hij benadrukt dat het laatste woord in deze kwestie nog niet is gezegd.
| dwtonline.com | Door: Jason Pinas