VN complimenteert Surinaamse rechterlijke macht
| dagblad suriname | Door: Redactie
De VN heeft zich uitgesproken over de beëindiging van het proces ter berechting van de daders van in de zaak bekend als de 8 Decembermoorden. De VN-experts menen, dat het Hof van Justitie dat onlangs het vonnis heeft bekrachtigd en de lagere rechter die in november 2019 een zittende president heeft veroordeeld, moeten worden geprezen voor hun onafhankelijkheid en moed. Zij merkten op dat Suriname een voorbeeld heeft gesteld van aansprakelijkheid voor ernstige mensenrechtenschendingen, ongeacht de status van een beklaagde en de tijd die is verstreken sinds de misdaden, die vanwege hun ernst niet aan enige verjaringstermijn zijn onderworpen. Het
De VN heeft herhaald en bevestigd wat ze in de afgelopen decennia in verschillende jaarrapporten over mensenrechten heeft vermeld over Suriname. Dit plaatst het eventueel gaan naar een internationaal Gerechtshof in een heel ander licht.
In een persbericht van de VN wordt gesteld dat VN-experts het recente besluit van het hoogste Gerechtshof van Suriname, het Hof van Justitie, verwelkomen. Ze noemen concreet het handhaven van de twintigjarige gevangenisstraf van sw voormalige president voor de marteling en buitengerechtelijke executie
Speciale Rapporteurs maken deel uit van wat bekend staat als de ‘Speciale Procedures van de Mensenrechtenraad’. Deskundigen op het gebied van de Speciale Procedures werken op vrijwillige basis; zij zijn geen VN-personeel en ontvangen geen salaris voor hun werk. Ze zijn onafhankelijk van welke regering of organisatie dan ook en dienen in hun individuele hoedanigheid.
De experts vinden dat het vonnis bevestigt dat er geen verjaringstermijn, speciale immuniteiten voor staatshoofden, of amnestie bestaat voor ernstige mensenrechtenschendingen voor misdaden onder het internationaal recht, waaronder gedwongen verdwijningen, martelingen en buitengerechtelijke executies. Dat is de meerwaarde van het vonnis. Ondanks het verstrijken van 41 jaar sinds het misdrijf plaatsvond, is er eindelijk recht gedaan aan de slachtoffers.
De VN-verklaring memoreert dat de executies al waren geanalyseerd tijdens een bezoek en rapport in 1984 door Amos Wako. Die was de eerste speciale VN-rapporteur voor executies. Bouterse bleef aan de macht tot 1987 en was later van 2010 tot 2020 president van Suriname. De VN-experts nemen in deze verklaring mee, dat in 2012 een amendement op de Amnestiewet van 1989 werd goedgekeurd. Aan president Bouterse en anderen werd daarmee amnestie werd verleend voor de misdaden van 1982, wat leidde tot de opschorting van het proces. De wijziging van de Amnestiewet werd ongrondwettelijk verklaard en een rechtbank veroordeelde in 2019 de toenmalige president Bouterse tot 20 jaar gevangenisstraf. Op 20 december 2023 bevestigde het vonnis van de hoogste rechtbank van Suriname deze veroordeling.
Ondanks een arrestatiebevel dat op 10 januari werd uitgevaardigd, is voormalig president Bouterse er niet in geslaagd zichzelf aan te geven, staat in de verklaring. Marteling, gedwongen verdwijning en buitengerechtelijke executies zijn misdaden volgens het internationaal recht, aldus de VN. Zij benadrukten dat onderzoeken en vervolgingen van dergelijke misdaden moeten worden uitgevoerd in overeenstemming met de relevante internationale normen en dat zij erop gericht moeten zijn ervoor te zorgen dat de verantwoordelijken voor de rechter worden gebracht, en om straffeloosheid te voorkomen. In dat verband werd verwezen naar 2 internationale verdragen: Protocol van Istanbul inzake effectief onderzoek en documentatie van foltering en andere wrede, onmenselijke of onterende behandeling of bestraffing en het Minnesota Protocol inzake het onderzoek naar mogelijk onwettige dood. De verplichting om daders te onderzoeken en ter verantwoording te roepen omvat ook gedwongen verdwijningen.
De uitspraak van de Surinaamse rechters is volgens de VN een eerbetoon aan de kracht van de rechtsstaat in Suriname en de opmerkelijke doorzettingsvermogen en vasthoudendheid van de families van de slachtoffers.
In 2017 had de VN al een verklaring uitgegeven dat de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht in Suriname door de staat moet worden gegarandeerd. Speciaal rapporteur Diego García-Sayán veroordeelde de bedreigingen voor de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht en de herhaalde vertragingen die de zaak tegen toenmalige president Bouterse in de weg stond. Hij was toen bezorgd dat er herhaalde pogingen waren geweest om het proces te verstoren of uit te stellen.
In 2012 had DNA al amnestie aan alle verdachten, nadat het daartoe de wet had gewijzigd. Het is de plicht van de staat om de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht te respecteren, door rechters toe te staan onpartijdig over zaken te beslissen, zonder enige ongepaste invloed, druk, bedreiging of inmenging, door de uitvoerende macht of de wetgevende macht, schreef de VN toen. Het ontbreken van een eerlijk en snel proces tegen de moorden uit 1982 zou ook het recht op de waarheid van de slachtoffers en hun families in gevaar brengen, evenals de algemene strijd tegen straffeloosheid in de regio en wereldwijd, merkte te VN-deskundige in 2017.
Al met al is het nu, voor degenen die overwegen om enige zaak voor de VN of internationale gerechtshoven te brengen, duidelijk hoe in die hoek over deze zaak wordt nagedacht.
| dagblad suriname | Door: Redactie