• vrijdag 29 March 2024
  • Het laatste nieuws uit Suriname
https://nl.wikipedia.org/wiki/Mama_Sranan

Surinaamse Moeder

| snc.com | Door: Martin Minkenberg

Tom, Jim en ik waren onafscheidelijk. En dat was vanaf het moment dat we de klas binnen liepen van juffrouw Lakrant. Heel veel later begreep ik dat het juffrouw La Grande was maar als je vier bent maakt dat niet uit. Alles dat je doet gaat volledig op gevoel, je vraagt je niet af waarom. We speelden cowboytje, bouwden schuilplaatsen in de zandbak met felrode scheppen en deelden onze boterhammen. Pindakaas, hagelslag, smeerworst en bakabana.

Mijn moeder moet vast gedacht hebben dat ik iets niet goed begrepen had. Ik maakte wel vaker rare

woorden. Karrakas betekende chocolade omdat het in de kast lag en dat kwam daar via de kar van Bas van der Heijden. Voor Tom en voor mij was bakabana de normaalste zaak van de wereld. Maar voor een volwassene, ruim 50 jaar geleden was dat niet zo. Geen idee of deze taalkwestie ooit is opgelost door mijn moeder, ik kan het haar helaas niet meer vragen. In die tijd waren er zeker al Surinaamse mensen in Nederland.

Maar ook weer niet zo heel veel. Het toeval wilde dat Jim bij mij in de klas zat. En dat hij met zijn boterhammetje

pindakaas ook bakabana mee kreeg van zijn moeder. Tom en ik vonden dat vooral heel erg lekker. In mijn, wellicht door fantasie vertroebelde, herinnering nam Jim steeds meer bakabana mee om te delen. Als kind had ik natuurlijk geen enkel besef dat dit mijn introductie was in de Surinaamse cultuur. We hadden lol in de klas van juffrouw Lakrant, speelden ons suf en kwamen steeds vaker bij elkaar thuis zoals vriendjes dat doen.

We mochten veel van onze moeders, zij zagen dat we eindeloos door konden gaan met onze avonturen op zolders, cowboyspelletjes en voetballen op straat. Snoepjes, appels, bekers melk en af en toe een glas cola kregen we van hen. En van Jim’s moeder nog veel meer, want we moesten nog groeien zei ze. Dingen met rijst, andere kippensoep en natuurlijk bakabana. En alles ging altijd als vanzelf bij Jim thuis. Als zijn moeder iets zei dan luisterde je. Niet streng maar duidelijk was het wel. En veilig en vertrouwd. Ik heb één herinnering waarvan je je als volwassene afvraagt waarom je het nog weet. Zeker is: dan maakte het indruk.

Dat je als kleuter soms hulp nodig hebt op de wc is niet bijzonder. Maar dat je dat krijgt van iemand anders dan je eigen moeder wel. En dat was Jim’s moeder. Alles bij haar was vanzelfsprekend, dus ook dit. Na het eerste jaar van de lagere school verhuisden we alle drie. En hoe onwaarschijnlijk ook op dat moment: de kleutervriendschap verwaterde. Ik heb geen idee hoe het met Jim en zijn moeder is gegaan. Zeer waarschijnlijk prima denk ik. De herinnering aan de (mijn) Surinaamse moeder blijft in ieder geval glashelder.

door: Martin Minkenberg

Foto: https://nl.wikipedia.org/wiki/Mama_Sranan

 

| snc.com | Door: Martin Minkenberg