Oud-agent Romeo B. krijgt vijftien jaar cel voor doden Hoofddorper in Suriname
| waterkant | Door: Redactie
Een conflict over geld heeft geleid tot een gevangenisstraf van vijftien jaar voor de 51-jarige Romeo B., die verantwoordelijk is bevonden voor de gewelddadige dood van de vermiste Rishi Parmesar in Suriname. De rechtbank in Den Haag acht het bewezen dat B. betrokken was bij het fatale incident én het verbergen van het lichaam.
De zaak kreeg landelijke aandacht nadat de 40-jarige Parmesar, woonachtig in Hoofddorp, plotseling verdween tijdens een verblijf in Suriname in december 2022. Hij zou op 18 december terugvliegen naar Nederland, maar verscheen nooit op de luchthaven.
Kort voor zijn verdwijning werd hij nog gezien in het gezelschap van
Na het incident vertrok Romeo B. uit Suriname via Frans-Guyana naar Nederland. Daar werd hij opnieuw verhoord nadat de Surinaamse autoriteiten cruciale informatie hadden gedeeld. Aanvankelijk ontkende B. elke betrokkenheid, maar in februari 2024 kwam daar verandering in: hij verklaarde zich verantwoordelijk te voelen voor de dood van Parmesar en gaf toe het lichaam te hebben weggemaakt.
Volgens zijn verklaring ontstond tijdens een ruzie in de keuken een gevecht dat noodlottig afliep. Uit paniek zou hij vervolgens het lichaam verborgen
Deze lezing wordt echter tegengesproken door een andere verdachte die in Suriname wordt vervolgd. Volgens die verklaring was de aanval op Parmesar vooraf beraamd. Het slachtoffer zou met een metalen pijp zijn aangevallen toen hij uit de badkamer kwam, waarna zijn keel werd doorgesneden door B. Zelf zegt B. dat er geen sprake was van opzet.
De rechtbank had moeite met het vinden van eenduidigheid, omdat beide versies van het verhaal inconsistenties bevatten. Er zijn bloedsporen aangetroffen op andere plaatsen in het huis dan de keuken, waar het gevecht volgens B. plaatsvond. Ook zijn er geen sporen van bloed op messen gevonden en ontbreekt het vermeende moordwapen – de metalen pijp.
Desondanks stelt de rechter vast dat Romeo B. geweld heeft gebruikt dat tot de dood van Parmesar heeft geleid. Onderzoek van de politie bevestigt delen van de verklaring van de medeverdachte. Daarnaast blijkt uit berichten dat B. eerder had gedreigd Parmesar “kapot te maken” vanwege de openstaande schuld.
Hoewel de rechtbank geen bewijs zag voor moord met voorbedachten rade, werd B. wél schuldig bevonden aan doodslag. Hij is veroordeeld tot een gevangenisstraf van vijftien jaar. Daarnaast moet hij een schadevergoeding van 60.000 euro betalen aan de nabestaanden: de partner en twee kinderen van het slachtoffer.
De twee medeverdachten zullen hun rechtszaak in Suriname ondergaan.
| waterkant | Door: Redactie
