In Memoriam: Ton Hagemeijer
| starnieuws | Door: Redactie
Er was maar één manier om de altijd wat wantrouwige en norse blik van Ton Hagemeijer open te breken. Belangstelling tonen voor zijn hobby: het behoud van het historisch cultureel erfgoed in Suriname. Dan glommen zijn ogen en kwamen de verhalen los over zijn
Antonie Jacobus Hagemeijer had niet bepaald een vrolijke jeugd in het naoorlogse Den Haag. Zijn moeder overleed toen hij dertien was. Hij bleef als enig kind achter bij zijn vader, een timmerman, en koos voor een technische studie. In het weekend en tijdens de vakanties werkte hij in het Westland om bij de tuinders tomaten te plukken zodat hij schoolboeken kon aanschaffen.
Hagemeijer
In 1975 kreeg Hagemeijer een aanbod om de verlaten koffie- en cacaoplantage Frederiksdorp te kopen voor een bedrag van 25.000 Nederlandse guldens. Zijn vrouw zag dat helemaal niet zitten en Hagemeijer zelf nam ook even bedenktijd want “waarom koopt iemand nou een paar vervallen gebouwen uit de 18de eeuw op een plek waar je niet makkelijk kunt komen?” Op 3 juli 1976 werd de koop gesloten ondanks het feit dat de plantage compleet onder water stond vanwege de verwaarloosde dammen en sluizen. Maar het was de architectuur van de gebouwen die de doorslag gaf zoals hij zelf later zei: “Met mijn aannemersoog zag ik dat daar iets moois van te maken viel.”
Hagemeijer zette er flink de schouders onder. Begin jaren tachtig had hij de ringdammen hersteld en honderd hectare ingepolderd, de helft voor veeteelt, de andere helft voor landbouw. Hij kocht de kleine landbouwers uit en in 1981 werd ook de politiepost ingelijfd bij de 300 hectare van de plantage.
Na de staatsgreep van 1980 werd de situatie echter onzeker. Met zijn eigen bouwmaterialen begon hij de oude gebouwen op te knappen, maar besefte wel dat subsidie daarbij van levensbelang was. Hagemeijer vertrok naar Nederland en kreeg veel publiciteit met zijn plannen voor het behoud van zijn historisch erfgoed. In 2000 vond hij gehoor bij de ludieke staatssecretaris van Cultuur en Media in het tweede Kabinet-Kok, Rick van der Ploeg, van huis uit econoom. Met een subsidie van 800.000 euro kon Hagemeijer de twee plantagewoningen, de dokterswoning, de politiepost met gevangenis, een cacaodroogvloer uit 1760 en een paar oude slavenhuisjes restaureren. Er was logies voor 36 toeristen die door de zoons met de boot werden aangevoerd en Marian zwaaide de scepter in de keuken.
Intussen verdiepte Hagemeijer zich in het historisch erfgoed van Commewijne en bouwde een warme relatie op met Stephen Fokké van de Stichting Gebouwd Erfgoed Suriname. Hij raakte ook bevriend met Philip Dikland die in 1982 een architectenbureau begon en vanaf die tijd het plantage-erfgoed in kaart bracht op zijn website Suriname Heritage. Ze waren beiden lid van de Stichting tot Behoud van Oudheden in Suriname.
Na veertig jaar werd het vooral Marian, die dag en nacht in de keuken stond, teveel. Ook Hagemeijer werd een dagje ouder en besloot Frederiksdorp te verkopen. Hij kreeg een aanbod van een groep zakenmensen die ook het toeristenoord Danpaati beheerde op Boven-Suriname dat door Stanley Rensch was opgezet. Op 1 april 1976 werd Frederiksdorp officieel overgedragen aan Access Suriname Travel van Sirano Zalman en zijn compagnons Henk Tjassing, Koen van Hoeckel en Joop Akkerman.
Hagemeijer liet door Philip Dikland een nieuw huis bouwen in Meerzorg dat van binnen en buiten werd ingericht als een half museum. Zijn verzamelwoede richtte zich niet meer op oud roest maar op antieke kasten en meubels, porseleinen serviezen, kunstobjecten en vooral boeken. Hij bouwde een privébibliotheek op die zijn weerga niet kent.
Resort Frederiksdorp heeft zich onder leiding van Sirano Zalman inmiddels samen met andere plantages op de rechteroever van de Commewijne ontwikkeld tot een cultuurhistorisch gebied dat zijn weerga niet kent. Geheel in de geest van de pionier Ton Hagemeijer. Corine Spoor| starnieuws | Door: Redactie