Velen mensen kunnen zich wel het spannende, zenuwslopende gevoel herinneren in de zesde klas, voor het maken van de glo-toets. Al geruime tijd wordt er gesteld, dat men ons verouderde onderwijssysteem wil veranderen, zodat het curriculum verder kan worden uitgebreid en alle balast geschrapt. Onderwijsminister Marie Levens heeft de afgelopen week bevestigd, dat de glo-toets die jaarlijks landelijk wordt gemaakt door de zesdeklassers, dit jaar nog wordt afgeschaft. Het systeem waarbij leerlingen van de zesde klas in het laatste kwartaal in drie vakken een toets maakten: hoofdrekenen, tekstbegrip en aardrijkskunde, zal tot het verleden behoren. Volgens Levens zal er wel
een toets zijn, maar niemand zal doubleren of afgewezen worden op grond van de resultaten van de toets. “We willen niet meer op een enkele toets informatie verkrijgen over onze kinderen. De kinderen zullen daarom niet meer worden afgerekend op deze toets. Wat we gaan doen, is het hele jaar door toetsjes doen. Deze toetsjes zijn niet bedoeld om te bepalen of je blijft zitten of afgewezen wordt, maar zijn bestemd om inzicht te krijgen op welke punten en onderdelen de kinderen problemen hebben. Voor elk vak maken de leerkrachten een schrift aan, zodat zij precies zullen weten waarin het
kind zwak is”, aldus Levens. Keerpunt is het eens met de minister, dat ons onderwijssysteem ernstig verouderd is en dat het gehele leerproces niet meer van deze tijd is. Gezien alle technologische ontwikkelingen, willen wij daarom ook graag dat de jeugd wordt voorzien van de juiste leerstof, en niet die verouderde boeken en documenten van onze betovergrootmoeder. Ja, we kunnen ons allemaal wel die boeken herinneren zonder kaft die dateren uit de jaren ‘50. Schandaliger kon het niet, maar hopelijk kan deze minister eindelijk dit traject van de grond krijgen, zodat de jeugd tenminste een goede basis krijgt voor de verdere ontwikkeling. Naar verluidt, wil het ministerie van Onderwijs wel de toetsjes van de lagere scholen blijven doen, maar wil niet na de 6e klas al bepalen, of de kinderen naar het beroepsonderwijs moeten of de technische school. “Het ministerie wil dat pas na de 10e klas (mulo)”, zegt Levens. Dit betekent, dat alle kinderen tot de 10e klas op het mulo blijven. Volgens de minister, zullen vanaf dit jaar de lbo-scholen, muloscholen worden. Volgens haar zal het voormelde schrift dienen als het rapport waarmee de kinderen overgaan naar de volgende klas. De volgende leerkracht zal dan meer aandacht besteden aan de onderdelen waarin het kind zwak is. “De zesde klas toetsjes zullen we wél doen, maar die zullen de leerkracht van de volgende klas (klas 7) meer informatie geven met betrekking tot de leerling. Dit wordt dan vervolgd op het Meer Uitgebreid Lager Onderwijs (mulo). Wij schaffen nu alleen het examen af, dat zegt dat kinderen naar het beroepsonderwijs moeten of als ze zijn afgewezen. Iedereen gaat naar de volgende klas. Zoals ze van de 5e klas overgaan naar de 6e klas, gaan ze nu over van de 6e klas naar de 7e klas. Ze gaan over met dat rapport en de test die wordt gedaan door het examenbureau, maar ze blijven niet zitten en ze krijgen geen uitslag van een heel jaar overdoen”, stelt Levens. Dit traject is naar onze mening, minder stressvol voor de jeugd en zal motiverend werken, zodat zij op de muloschool de kans krijgen om keuzes te maken voor hun verdere ontwikkeling.