• vrijdag 22 November 2024
  • Het laatste nieuws uit Suriname

IS SURINAME KLAAR VOOR EEN GOUDEN TOEKOMST?

| united news | Door: Redactie

Auteur: J. Bachoe 

In United News is op 19 januari 2024 een artikel gepubliceerd met de kop “OLIEMAATSCHAPPIJEN VERDIENEN US$ 14,7 MILJARD DIT JAAR, GUYANA SLECHTS US$ 2,1 MILJARD”.

Hierin wordt een berekening gemaakt hoeveel de inkomsten van de Guyanese Staat zullen zijn wanneer 202 miljoen vaten ruwe olie in 2024 wordt geproduceerd. Dit artikel heeft wat discussies veroorzaakt waarbij navolgende punten de boventoon voerden:

Beide valide punten. En tegelijkertijd zijn er tal van andere vragen die wij onszelf moeten stellen. Wat gaan we met al de inkomsten doen? Worden er nu al plannen uitgewerkt hoe wij onze economische basis duurzaam kunnen verbreden?

Of gaan we oliedollars weer investeren in olie of andere natuurlijke hulpbronnen? Welke planmatige ontwikkelingen gaan wij aansturen? Hoe zetten we welvaart om in welzijn? Waar willen wij als samenleving zijn, in 30 jaar? Hoe willen we dat onze economie eruitziet en in welke sectoren moeten we investeren? Hoe willen we dat onze sociale structuur eruitziet? Allemaal vragen die beantwoord moeten worden voordat de olie-hausse er is.

GUYANA Vs. SURINAME

Waarom hebben oliemaatschappijen eerder in Guyana geïnvesteerd? Laten we eerst vaststellen hoeveel geld Suriname zou verdienen indien we dezelfde hoeveelheid ruwe olie als Guyana zouden produceren; oftewel wat is het verschil tussen

de Surinaamse en Guyanese olie contracten

Onderstaande berekening is gemaakt met dezelfde operationele uitgaven, kapitaal uitgaven, prijs en productie parameters. De verschillen van de fiscale voorwaarden van de PSC’s worden hierdoor zichtbaar gemaakt. De veronderstellingen voor de initiële investering: kapitaaluitgaven 10.4 miljard US dollar, operationele uitgaven 350 miljoen US dollar per jaar, prijs van ruwe olie 84 US dollar per vat en een productie hoeveelheid van 555 duizend vaten olie per dag, wat neerkomt op 203 miljoen vaten per jaar.

* In de Guyanese PSC staat dat belastingen door de Staat wordt betaald uit haar deel v/d winstolie. Het is dus reeds verwerkt in de winstolie. Tabel 1: Uitkomst Guyana en Suriname PSC’s, alle bedragen zijn in miljarden US dollars

Conclusie uit de tabel

Het blijkt dat de directe inkomsten van beide landen behoorlijk verschillen van elkaar: Guyana verdient van de 17 miljard US dollars omzet zo’n 8.4 miljard US dollars per jaar terwijl Suriname aan directe inkomsten 12.5 miljard US dollars zou verdienen. Guyana’s inkomsten vertegenwoordigen 49% van de omzet. In het geval van Suriname is dit 74% van de omzet. Maar, wat toch wel opvalt is het grote verschil tussen de multinationals onder deze twee contracten; zij verdienen respectievelijk 47% om 23% van de omzet!

N.B. Dit is één van de overwegingen van de multinationals om eerder het exploratierisico in Guyana te nemen dan in Suriname. Overigens, zijn bovenstaande bedragen niet de volledige inkomsten van beide landen, de indirecte inkomsten, vroeger ‘spin-off’ tegenwoordig “local content” genoemd, zitten aan de uitgavenzijde van de business en moeten hierbij nog worden opgeteld.

Voorgaande tabel is een momentopname, want het gaat hierbij over één productiejaar en niet over de volledige levensduur van de offshore olieproductie. Om een beter beeld te krijgen van wat het in termen van geld voor Suriname zal betekenen, zullen we een aantal hypotheses opstellen: De slechtste is dat Suriname, behalve blok 58, geen andere commerciële olie/gas meer vindt en dat de productie voor 20 jaar blijft op 220,000 vaten/dag. De beste hypothese is dat Suriname en Guyana op ongeveer dezelfde toekomstige jaarproductie gaan uitkomen (immers de geologie is grosso modo hetzelfde) dus 1.2 miljoen vaten/dag.

Wij nemen aan dat deze verhoogde productie voor 20 jaar gehandhaafd wordt en dat de inkomsten van Suriname procentueel minimaal hetzelfde blijven. Voor het gemak nemen wij ook aan dat de verkoopprijs 84 US dollar per vat zal zijn en de uitbreidingsinvestering en operationele kosten respectievelijk 6.5 miljard en 500 miljoen US dollar zullen zijn. Aangezien Suriname op een andere tijdslijn loopt dan Guyana, hebben wij 2027 als start datum van productie op 220,000 vaten per dag en klimt over een periode van 5 jaar naar 1.2 miljoen vaten per dag.

Lange termijn resultaat

Offshore olie zal een veelvoud aan middelen beschikbaar maken. Het beheer hiervan zal heel wat uitdagingen op het bestuurlijke en ambtelijke met zich meebrengen. Wanneer zoveel maal meer middelen te besteden zijn, zal de bestuurscapaciteit niet afdoende zijn. Dit kan leiden tot een verkeerde toewijzing van middelen en hierdoor ontwikkelingsinspanningen belemmeren. Het gebrek aan transparantie en verantwoordingsplicht zal ter hand genomen moeten worden, waardoor burgers, bestuurders en ambtenaren verantwoordelijk kunnen houden voor hun daden.

Tabel 2: Alle bedragen zijn in miljarden US dollars tenzij anders vermeld en inclusief inkomen van Staatsolie

Suriname gaat dus mogelijk tussen de 2.4 en 30.9 miljard US dollar per jaar verdienen over een periode van 25 jaren, dat is tussen de 7 en 85 miljoen US dollar per dag!

Als wij deze inkomsten afzetten tegen ALLE inkomsten van de overheid uit natuurlijke hulpbronnen in haar geschiedenis, blijkt dat noch de bauxiet maatschappijen (3.0 miljard US dollar), de goud sector (2.3 miljard US dollar) en Staatsolie’s onshore olie (4.8 miljard US dollar) OOIT deze instroom aan gelden hebben veroorzaakt.

Zetten we de potentiële bijdrage van de offshore olie af tegen de begroting van de overheid, vastgesteld op 1.62 miljard US dollar, dan zien we DAT DE OFFSHORE BIJDRAGE MEER DAN 1.5 KEER TOT MEER DAN 19 KEER de begroting van 2024 zal zijn!

Het is de enorme volume en intensiteit van de instroom van gelden waarop wij het gewicht en de nadruk willen leggen. Daarom zijn geen ingewikkelde economische berekeningen gemaakt, met nog meer hypotheses en is geen rekening gehouden met de tijdswaarde van geld.

Wanneer we de realisaties van de overheidsbegrotingen van 2003 tot en met 2020 in ogenschouw nemen, dan blijkt dat 12 keren de werkelijke besteding lager dan de begroting lag (tussen 58% en 95%). Wij missen dus uitvoeringscapaciteit!

SAN WO DU NANGA A SENSI?

We constateren dat de hoeveelheid geld die per seconde binnen zal komen 407 maal meer is dan we OOIT hebben ontvangen in bauxiet, goud en olie bij elkaar. Deze massieve en intensieve instroom van geld heeft in het verleden in andere oliestaten voor behoorlijk wat excessen gezorgd. We kennen allemaal de verhalen van een sjeik Wani-Ala-Sani die zijn Cubaanse sigaren aanmaakte met $100 biljetten, of van een zoon van een President in Afrika die uit pure balorigheid 14 auto’s kocht of van een andere leider die met 7 Boeings naar Parijs vloog. Wij hopen niet dat we straks taferelen op het onafhankelijkheidsplein gaan meemaken waar een picolet voor 1,000,000 US dollar wordt gekocht.

In 2015 heeft Suriname het klimaatakkoord getekend. De Wereld moet in 2030 de CO2 uitstoot met minimaal 55% hebben gereduceerd en in 2050 klimaat neutraal zijn. Dat betekent dat er dan netto geen broeikasgassen meer worden uitgestoten. Dit gaat een effect hebben op de vraag en aanbod van olie. Wat doen we als de olie op is of geen economische waarde meer heeft? Welke zijn de bedreigingen en uitdagingen voor Suriname in de komende 30 jaar? Waar willen we zijn met ons milieu? Allemaal vragen waarop WIJ (nog) geen antwoord hebben. Deze vragen kunnen niet worden beantwoord in donkere politieke achterkamertjes, maar vereisen een brede nationale discussie.

In de discussie over deze vraagstukken zullen wij in ons achterhoofd moeten houden wat de duurzame effecten van de besteding van al deze middelen zullen zijn.

A BAKRA SIKI | DUTCH DISEASE

Een risico van landen, wanneer ze een gigantische hoeveelheid middelen te besteden hebben is “Dutch Disease”. Dutch disease is een economisch fenomeen vernoemd naar de ervaring die Nederland had in de jaren 1960 vanwege de enorme gasinkomsten. Het beschrijft een situatie waarin de economie van een land te sterk afhankelijk wordt van inkomsten uit natuurlijke hulpbronnen zoals olie, gas of een ander mineraal.

Een van de belangrijkste gevolgen is de ongecontroleerde waardestijging van de valuta van het land, waarbij de lokale munt in waarde stijgt t.o.v. de US dollar. Voorbeeld Guyana, waar gedachten uitgesproken worden over een herwaardering van de Guyanese dollar. Naarmate de inkomsten uit de natuurlijke rijkdommen het land binnenstromen, wordt de nationale munt sterker, waardoor de export van andere sectoren minder concurrerend wordt. Dit kan schadelijk zijn voor sectoren, met een lage return on investment, als de landbouw, toerisme en de verwerkende industrie, omdat hun producten duurder worden voor buitenlandse kopers, wat leidt tot een afname van hun concurrentievermogen en achteruitgang. De prijzen van arbeid, kapitaal, goederen en diensten gaan omhoog naar het niveau van de olie industrie, want die kan met zoveel geld alles betalen.

Bovendien kan de focus op het winnen en exporteren van de natuurlijke hulpbron leiden tot verwaarlozing van andere sectoren, wat nadelige gevolgen kan hebben voor de economische diversificatie en duurzaamheid op lange termijn. Dit gebeurt omdat enorme hoeveelheden gelden binnenstromen. De verwaarlozing zorgt voor een versmalling van de economische basis.

De grote afhankelijkheid van één grondstof zal leiden tot grotere instabiliteit in de economie, aangezien schommelingen in de grondstofprijzen een grote impact kunnen hebben op de inkomsten van het land en de algemene economische stabiliteit.

Om de gevolgen van Dutch Disease te beperken implementeren landen vaak verschillende strategieën. Deze kunnen bestaan uit investeringen in onderwijs en technologie om innovatie te bevorderen en de economie te diversifiëren en/of de oprichting van een spaarfonds (SOVEREIGN WEALTH FUND) om inkomsten uit grondstoffen te sparen en te investeren, en de uitvoering van een voorzichtig fiscaal beleid om de instroom van fondsen effectief te gebruiken en beheren.

Wanneer we geen prioriteiten stellen en tijdig planmatig de ontwikkelingen oppakken, zal een leeuwendeel van de middelen inderdaad in een spaarfonds gestort worden. Hoe goed het fonds ook kan zijn, zo’n situatie zal een teken van onkunde en onvermogen zijn en de grote vraag die blijft,

HOE GAAN WE WELVAART OMZETTEN IN WELZIJN?”.

Er is veel werk dat verzet moet worden. Wanneer we niet nu met het nationaal debat beginnen en ons gezamenlijk inspannen om gestructureerd onze toekomst ter hand te nemen, zullen we weer kansen missen en de gevolgen zullen buitengewone toewijding vergen om die te herstellen. Wij sluiten af met de woorden van APJ Abdul Kalam “Let us sacrifice our today so that our children can have a better tomorrow.”

Ingezonden|J. Bachoe 

 

| united news | Door: Redactie