Openbaar Ministerie houdt vast aan schuld ex-vicepresident Ashwin Adhin
| de ware tijd | Door: Redactie
door Wilfred Leeuwin
PARAMARIBO — Het Openbaar Ministerie (OM) heeft dinsdag bij de behandeling van de zaak in hoger beroep geëist dat het vonnis in eerste aanleg wordt vernietigd en dat ex-vicepresident Ashwin Adhin wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf van twaalf maanden, waarvan elf maanden en drie weken voorwaardelijk en een proeftijd van drie jaar. Verder dat hij vernielde of beschadigde spullen van de staat vergoedt.
Het OM is het er niet mee eens dat het Hof van Justitie (HvJ) in eerste aanleg de oud-vicepresident op 2 november 2023 heeft vrijgesproken. De vervolging blijft erbij dat hij zich in zijn functie schuldig heeft
“Het OM zegt dat de spullen nergens anders dan thuis bij de oud-vicepresident waren”
Geen nieuwe feiten
Het OM heeft dinsdag geen nieuwe feiten aangedragen en ook niet het vonnis in eerste aanleg door het HvJ weerlegd. Hetzelfde bewijs dat in eerste aanleg was opgebracht werd herhaald en benadrukt. De advocaten van Adhin, Irvin Kanhai en Chandra Algoe, zullen op 8 januari 2025 reageren op de visie van het OM. Uiteindelijk ligt het aan het Hof – nu in een andere samenstelling dan in eerste aanleg – of het vonnis
De toenmalige vp werd in 2020 samen met andere medewerkers van zijn kabinet beschuldigd van het valselijk opmaken van documenten waarin meubilair en apparaten werden afgeschreven en niet meer als ‘bruikbaar voor de dienst’ werden verklaard. Volgens Adhins eigen verklaring zou een deel van de spullen worden gedoneerd aan het dovencentrum en de rest aan zijn toenmalige medewerkers.
Zoals het OM in eerste aanleg al bewezen achtte, zou er nimmer sprake zijn van een schenking aan het dovencentrum, wat ook is bevestigd door een directielid van het centrum. Om de spullen te schenken, zou volgens de vervolging niet de directeur van het kabinet, maar Adhin zelf de opdracht hebben gegeven aan twee medewerkers de afschrijving van de apparaten en meubilair te formaliseren. De directeur zou pas achteraf daarvan op de hoogte zijn gebracht.
Goederen thuis opgeslagen
Het OM zegt ook het bewijs te hebben geleverd, uit verklaringen van derden en getuigen, dat de apparaten, die nauwelijks twee jaar eerder waren aangeschaft en waarvan de afschrijvingsperiode vijf jaar is, wel degelijk in goede staat hebben verkeerd. Adhin zou voor de schenking een voorlopige opslagplaats hebben afgesproken. Echter, het OM zegt dat de spullen nergens anders dan thuis bij de oud-vicepresident waren.
Een deel daarvan, zoals meubilair, zou al zijn afgestaan aan een medewerker. Die heeft, nadat deze zaak aan het licht kwam, na een oproep van president Chandrikapersad Santokhi de spullen teruggegeven aan het kabinet van de vicepresident. Een deel van de apparatuur zou intussen zijn beschadigd en vernield. Er zou volgens verklaringen van huidig vicepresident Ronnie Brunswijk ook geen afspraak zijn met zijn voorganger om spullen te doneren aan het dovencentrum.
Procedure fout
In deze kwestie zijn eerder enkele medewerkers van het kabinet van de vicepresident veroordeeld. Enkelen hebben weken, anderen maanden, in het gevang gezeten. Adhin zelf was voor een week in voorarrest, maar werd daarna in vrijheid gesteld omdat hij als oud-bewindsman alleen mag worden vervolgd wanneer op verzoek van de procureur-generaal hij in staat van beschuldiging wordt gesteld door het parlement. Dat is een vereiste in de wet ‘In staat van beschuldiging stelling politieke en gewezen politieke ambtsdragers’.
Nadat dat alsnog was gebeurd, stond Adhin terecht, maar werd op 2 november 2023 dus vrijgesproken. Mocht in hoger beroep het HvJ, dat nu wordt voorgezeten door rechter Alida Johanns, wel tot een veroordeling komen, zoals door het OM gevraagd, dan zal de toenmalige bewindsman nog maar een week in het gevang moeten.
Deze rechtszaak wordt door critici en met name door de NDP, waarvan Adhin ondervoorzitter is en namens deze partij het ambt van vicepresident bekleedde, getypeerd als een politieke rechtszaak. Het zou niet eens gaan om het uitzitten van een straf, maar om gedaan te krijgen dat politieke tegenstanders van het huidige bewind, een veroordeling op hun naam hebben staan.
| de ware tijd | Door: Redactie