Amnestievoorstel
| starnieuws | Door: Redactie
De mogelijkheid amnestie en abolitie bij wet door de Nationale Assemblée te verlenen, werkt belemmerend voor integer leiderschap. Ik, mr. Shantie Sheombar, hoop met dit artikel bijval te vinden voor opschoning van amnestie en abolitie uit onze hoogste wet, de Surinaamse Grondwet, om zodoende rechtsongelijkheid in een strafproces te voorkomen.
Amnestie is sinds de onafhankelijkheid van Suriname slechts tweemaal verleend:1.Wet van
2.Wet van 9 augustus 1992 S.B. 1992 no. 68. De Amnestiewet 1989, waarbij amnestie is verleend aan degenen
Abolitie is in Suriname, mijns inziens, slechts éénmaal uitgevaardigd en wel krachtens "De wet van 5 april 2012 (S.B. 2012 no. 49) houdende wijziging van de Amnestiewet 1989 (S.B.1992 no. 68)".
Amnestie en abolitie zijn slechts drie keer verleend aan groepen/personen, die deel hebben uitgemaakt van het politieke machtscentrum. Dus is er toentertijd in Suriname om allerhande redenen gekozen voor machtsmisbruik en handhaving van rechtsongelijkheid.
De Amnestiewet 1989 is door het Constitutioneel Hof abstract getoetst en onverbindend verklaard d.d. 3 augustus 2023. Deze wet maakt geen deel meer uit van het Surinaamse positieve recht en de justitiabelen kunnen geen rechten hieraan ontlenen.
De wet van 5 april 2012 (S.B. 2012 no. 49) houdende wijziging van de Amnestiewet 1989 (S.B.1992 no. 68) daarentegen is zowel door de Krijgsraad (ex artikel 131 lid 3 Grondwet van Suriname) concreet getoetst en buiten toepassing verklaard in het 8 december strafproces, als door het Constitutioneel Hof abstract getoetst en onverbindend verklaard d.d 22 juli 2021, als zijnde in strijd met Grondwetsbepalingen en Mensenrechtenverdragen. Deze wet is door de Nationale Assemblée ingetrokken middels een intrekkingswet d.d. 27 augustus 2021.
Amnestie en abolitie zijn verouderde rechtsfiguren, die niet passen in het huidige en zeker niet in het toekomstige rechtsbestel van de Republiek Suriname. De moorden op 8 december 1982 gepleegd en vooral het natraject daarvan, waarbij de daders wettelijke verboden en geboden hebben proberen te omzeilen door gebruik te maken van amnestie en abolitie, enkel om hun opsporing, vervolging en berechting te ontlopen, mogen zich niet herhalen in de rechtsstaat Suriname.
De Surinaamse grondwetgeving faciliteert gezagsmisbruik, willekeur, rechtsonzekerheid en rechtsongelijkheid. We moeten lering trekken uit de geschiedenis, welke les thans ruim 4 decennialang duurt, dat integer leiderschap wordt ontwikkeld en wordt gestimuleerd, wanneer de voorwaarden hiervoor ook zijn opgenomen in onze hoogste wet. Wetten zijn één van de bronnen van recht en verouderde wetten actualiseren aan gewijzigde omstandigheden is ook rechtsontwikkeling.
De waarachtige beleving van de grond- en mensenrechten door elke burger van Suriname vereist dat opsporing, vervolging, berechting en tenuitvoerlegging van een veroordeling moeten plaatsvinden zonder onderscheid des persoons. Dus zonder de mogelijkheid dat de Nationale Assemblée amnestie en abolitie bij wet verleent: voor, tijdens of na het ingestelde strafproces. Het Constitutioneel Hof heeft reeds tweemaal consistent beslist over amnestie en abolitie wetten.
Wet en recht zijn instrumenten om ordening te brengen in chaos, die mogen geenszins instrumenten worden in handen van machthebbers gelegd voor een bepaalde periode, om chaos en rechtsongelijkheid te scheppen voor onbepaalde tijd.
Mijns inziens verdient het terechte aanbeveling het geldende recht van Suriname nu met de Verkiezingen van 2025 in het vooruitzicht op te schonen van amnestie en abolitie opgenomen in artikel 72 g van de Grondwet. Zolang deze grondwettelijke bepaling bestaat, kan door de Nationale Assemblée een amnestie- of abolitiewet worden uitgevaardigd.
Voorkomen is beter dan genezen en opschonen van onze hoogste wet op dit stuk geeft in elk geval nog meer waarborgen voor integere toekomstige leiders.
Mr. Shantie Sheombar
| starnieuws | Door: Redactie