Surinamers hopen vanaf dit jaar te kunnen profiteren van de oliemiljarden
| nos.nl | Door: Redactie
2025 gaat voor Suriname vermoedelijk de geschiedenisboeken in als een beslissend jaar. Voor het eerst sinds de jaren 80 is er geen Desi Bouterse meer die een stempel drukt op de verkiezingen. Er is wel een ander thema dat de stembusgang in mei beheerst: lukt het Suriname om maximaal te profiteren van de enorme investeringen van olie-multinationals in het land?
De nieuwe regering zal de naderende miljardeninkomsten uit oliewinning in goede banen moeten leiden. Ook wordt dit jaar duidelijker in hoeverre Suriname zelf in staat is de oliewinning te faciliteren.
Het Franse Total Energies en Amerikaanse APA investeren voor bijna 10 miljard
Buurland Guyana, met een olie-en gasindustrie goed voor in totaal 11 miljard vaten, en het nabijgelegen Trinidad en Tobago, met de grootste olieraffinaderij in het Caribisch gebied, liggen op de loer om lucratieve contracten binnen te slepen. Onder meer voor bevoorrading en onderhoud van de platforms in Suriname.
Nieuw vliegveld
Het Surinaamse bedrijfsleven hoopt zelf zoveel mogelijk te kunnen profiteren van de olieproductie. Zo
Ook verrijzen in buitenwijken appartementen voor de vele expats die de olie-industrie naar verwachting zal aantrekken. Het bekende hotel Torarica bouwt meer dan honderd long stay-appartementen. Makelaars in Paramaribo signaleren nu al stijgende prijzen van huizen en grond.
Xinhua News Agency
De haven van Paramaribo in april 2024: hier wordt volop uitgebreid
De snel uitdijende olie-industrie heeft vele duizenden mensen nodig: onder meer technici, uitvoerders, managers en it'ers. Suriname hoopt er zo veel mogelijk zelf op te leiden. Bedrijven stomen huidige medewerkers klaar voor nieuwe ondersteunende rollen in de olie-industrie.
President Chan Santokhi opende eind vorig jaar de nieuwe opleiding Oil & Gas en Petroleumtechniek. Ook bij de technische school startte al een grote groep leerlingen met opleidingen die van toepassing kunnen zijn in de olie-industrie.
Suriname mikt ook op Nederlanders met een Surinaamse achtergrond. Zo verrijst op de emigratiebeurs in Houten in maart een groot Surinaams paviljoen.
Enorme bedragen
Als de boorplatforms gaan produceren, vloeien er extra inkomsten de staatskas in. Schattingen lopen uiteen van 15 tot meer dan 40 miljard dollar. Enorme bedragen voor het land met zo'n 620.000 inwoners, dat nu een bbp heeft van nog geen 4 miljard dollar.
Grote vrees is dat grote groepen Surinamers niet of nauwelijks gaan profiteren. Daarbij geldt buurland Guyana als afschrikwekkend voorbeeld.
Grote oliebedrijven streken daar neer nadat oliereserves voor de kust goed winbaar bleken. Door de komst van oliewerkers steeg in Guyana de vraag naar onder meer grond, vastgoed en voedsel.
Hoewel de overheid investeerde in betere gezondheidszorg en onderwijs, werd het leven voor de gemiddelde Guyanees veel duurder. Het verschil tussen arm en rijk dreigt zo te groeien.
Angelic del Castilho, leider van de Surinaamse partij DA91, maakt zich zorgen of Suriname zich wel goed voorbereidt. "In de belastingen en wetgeving moet Suriname een forse inhaalslag maken", zegt ze. "Zowel bij de vorige als bij de huidige regering heerst corruptie. Dus wat geeft ons het vertrouwen dat het geld van de olie straks niet alleen bij een kleine toplaag terechtkomt?"
Daarnaast is er volgens Del Castilho veel geheimzinnigheid rond het contract tussen het Surinaamse Staatsolie en Total Energies. "Wij en andere organisaties vroegen herhaaldelijk naar milieu-clausules. Omdat we begrepen dat die niet in de contracten staan. Maar we krijgen geen enkele reactie en dat is zorgwekkend."
Recent beloofde president Santokhi iedere inwoner een spaarkaart van 750 dollar, met 7 procent rente, zodra er olie wordt opgepompt in 2028. "Een populistische belofte van Santokhi in aanloop naar de komende verkiezingen", vindt Del Castilho. "We hebben nu behoefte aan een duurzame en langetermijnvisie op de ontwikkeling van ons land. Geen populisme."
Strategische groep
Een antwoord op kritische vragen zou kunnen komen van Marten Schalkwijk, ambassadeur van Suriname in de Verenigde Staten en voorzitter van de Strategische Groep voor Olie- en Gasbeleid. Die groep bestaat uit zo'n dertig deskundigen op verschillende terreinen. Gezamenlijk stellen zij vast wat er nodig is om Suriname optimaal te laten profiteren van de olieproductie. "Geen politieke groep", benadrukt Schakwijk. "Het zijn mensen met verstand van zaken en een breed netwerk."
Volgens Schalkwijk moet Suriname "in de diepte" investeren. "In onderwijs, zorg, milieu en leefbaarheid." Hij en zijn groep deskundigen kijken onder meer naar Noorwegen. Het staatsinvesteringsfonds daar is wereldwijd een voorbeeld van hoe een land langdurig kan profiteren van z'n delfstoffen. Ook kijkt de groep naar wat Suriname kan leren van Guyana.
Nog voor de verkiezingen in mei presenteert de groep het wettelijk kader dat volgens hen nodig is om toekomstige generaties Surinamers te kunnen laten profiteren van de olie-inkomsten. De adviezen gaan over de komende 25 jaar. Of en in welke mate de komende regering ze zal opvolgen, hangt voor een groot deel af van de keuze die Suriname maakt bij de verkiezingen van 25 mei.
| nos.nl | Door: Redactie