Surinaamse banken krijgen 19,5 miljoen euro terug van Nederland
| suriname herald | Door: Redactie
Drie Surinaamse handelsbanken krijgen 19,5 miljoen euro terug van Nederland. Het Nederlandse Gerechtshof Amsterdam heeft vandaag het beslag dat op de 19,5 miljoen euro lag opgeheven. Het gaat om de afzonderlijke bedragen: 4.500.000 euro, 10.000.000 euro en 4.999.000 euro.
De zaak is aangespannen door de Centrale Bank van Suriname (CBVS) en drie Surinaamse banken tegen het klassieke beslag dat gelegd is op een contant geldbedrag van 19,5 miljoen euro, dat via Schiphol van Suriname naar Hongkong werd vervoerd.
Op 13 april 2018 heeft de Douane te Schiphol een geldzending vanuit Suriname met bestemming Hongkong aan een controle onderworpen. Op de vrachtpapieren
De geldzending is douane technisch stopgezet waarna per e-mail is gecorrespondeerd met de CBvS. De Nederlandse Douane heeft haar bevindingen vervolgens overgedragen aan de Fiscale Inlichtingen en Opsporingsdienst (FIOD), die op 17 april 2018 klassiek strafvorderlijk beslag op het geld heeft gelegd. Het geldbedrag is bij De Nederlandse Bank geteld
Er zou sprake zijn van een verdenking van witwassen. Het (ernstige) vermoeden bestaat dat het inbeslaggenomen geldbedrag geheel of grotendeels (on)middellijk van misdrijf afkomstig is. De handelsbanken en een vijftal in Suriname gevestigde geldwisselkantoren zijn door het Nederlandse Openbaar Ministerie inmiddels als verdachte aangemerkt. Een deel van het inbeslaggenomen geld zou afkomstig zijn van deze wisselkantoren.
Volgens de CBvS en de handelsbanken komen in Suriname meer contante euro’s binnen dan het land verlaten. Om die euro’s toe te voegen aan de liquide middelen van de banken dienen deze euro’s giraal te worden gemaakt. Lange tijd heeft dit plaatsgevonden door overbrenging vanuit Suriname naar een bank in het eurogebied maar dit is tot een einde gekomen in het kader van ‘de-risking’ bij die banken.
In het belang van een stabiele, monetaire economie heeft CvBvS in 2014 een overeenkomst gesloten met de een bank, die bereid was de contante euro’s van CBvS in ontvangst te nemen. CBvS heeft sindsdien gezorgd voor het giraal maken van deze contante euro’s en heeft met dat doel de geldtransporten gecoördineerd.
De benadeelden voeren primair aan dat met de inbeslagname inbreuk is gepleegd op de immuniteit van CBvS als staatsorgaan. Verder betwisten zij dat sprake is van witwassen.
Gang van zaken
In december 2019 besliste de Nederlandse rechtbank dat het strafvorderlijke beslag dat in april 2018 te Schiphol was gelegd op de geldzending moest worden opgeheven. De CBvS deed samen met drie Surinaamse handelsbanken beklag tegen de inbeslagname. De rechtbank honoreerde de klacht van CBvS, omdat de beslaglegging van het geld strijdig zou zijn met het internationaal publiekrecht. CBvS, staatsorgaan van Suriname en de verzender van het geld, kwam volgens de rechtbank immuniteit van strafvorderlijk beslag toe.
Het Nederlandse OM stelde tegen die beslissing van de rechtbank beroep in cassatie in bij de Hoge Raad der Nederlanden. In juli 2021 oordeelde de Hoge Raad dat de rechtbank de immuniteit van CBvS ten onrechte aan haar beslissing ten grondslag had gelegd, nu het geld niet toebehoorde aan CBvS, maar aan de handelsbanken. De Hoge Raad verwees de zaak naar het Amsterdamse gerechtshof, om nogmaals over de zaak te beslissen.
Abonneer op ons youtube kanaal.
Bedankt voor het kijken en abonneren.
'Suriname Nieuws Centrale'
| suriname herald | Door: Redactie