• zaterdag 23 November 2024
  • Het laatste nieuws uit Suriname
Foto: Huizen in het Pan American-project

Pan American-case: storm in een glas water

| suriname herald | Door: Redactie

Waar velen geconfronteerd werden met een Pan American-case, werd ik geconfronteerd met de hype daaromtrent, die vooral veroorzaakt wordt door een besmettelijk gebrek aan zelfstandig en kritisch denken. Men praat elkaar na als een kip zonder kop, zonder zelf na te denken. Die hype wordt voornamelijk gecreëerd door enkele onverantwoordelijke advocaten, bestuurskundigen, politici, wannabe journalisten, platendraaiers op internetradio en mediawerkers van bepaalde huize.

Ze zeggen dat ze kritisch nadenken, maar in werkelijkheid verspreiden ze opzettelijk leugens en sprookjes en lijden vooral aan een ernstige vorm van selectieve verontwaardiging (waarvan het bewijs verder in de column geleverd wordt).

Geruchten, verdachtmakingen, nepnieuws en bullshit

maken het voor burgers steeds moeilijker om waarheid van leugen en zin van onzin te onderscheiden. De hype zorgt ervoor dat men niet op zoek gaat naar de waarheid. Wannabe journalisten presenteren zelfs hun mening als feiten. De mate waarin de stemmingmakerij over het Pan American-project is geboost door enkele ‘media’, heeft ertoe geleid dat zelfs mensen die nog nooit een steen hebben gekocht, ook een mening hebben over deze zaak zonder het fijne ervan af te weten.

Sensatiebeluste figuren, waaronder enkele advocaten, kwamen ongefundeerde uitspraken doen in bepaalde media, zonder zich te verdiepen in de materie. Van advocaten kun je

tenminste verwachten dat zij zich verdiepen in de materie, voordat zij uitspraken daarover doen. Dan hebben wij ook nog een klokkenluider die de klok heeft horen luiden, maar niet weet waar de klepel hangt.

In mijn column van 7 november 2022 (anderhalf jaar geleden!) had ik reeds melding gemaakt van deze case en gemeld dat deze zaak mogelijk een staartje krijgt. Toen ik die melding maakte, sliepen de klokkenluider, pseudo-deskundigen, Jan en alleman nog. Opeens is men wakker, waardoor hun mogelijke motieven te doorzichtig worden. Na deze melding heb ik uiteraard niet stilgezeten.

Ik heb achter de schermen het onderzoek voortgezet, maar ik moest het staken nadat onderzoek uitwees dat er strafrechtelijk niets begonnen kan worden. Je kunt hooguit twisten over de politiek bestuurlijke keuze van de regering, maar strafbare feiten heb ik niet geconstateerd. Reden waarom ik niets meer heb geschreven over deze zaak. Het is de hype die mij nu tot publicatie van een analyse van de zaak noopt.

Ik zal enkele relevante zinnen uit de column van 7 november 2022 citeren:

“Zo heeft Santokhi hemel en aarde bewogen om US$ 7,5 miljoen uitbetaald te krijgen voor het woningbouwproject van Pan American Real Estate N.V. Het bedrag is op aandringen van Santokhi wel goedgekeurd in de Raad van Ministers, maar Armand Achaibersing heeft geweigerd het geld uit te betalen.

Ten eerste, er was geen openbare aanbesteding gehouden voor de infrastructurele werken ten behoeve van het woningbouwproject. Ten tweede, hij gaf prioriteit aan de hoogstnoodzakelijke dingen. Ook bij Santokhi heeft Achaibersing zijn rug recht gehouden. Noot: Het laatste woord over de goedkeuring van de veelbesproken US$ 7,5 miljoen zonder een openbare aanbesteding is nog niet gezegd. Dit krijgt mogelijk nog een staartje.

Ik ben benieuwd of de nieuwe minister van Financiën ook zijn rug recht zal kunnen houden net als zijn voorganger. Ik volg met argusogen welke van de twee waarnemende ministers zijn handtekening zal zetten voor uitbetaling van de omstreden US$ 7,5 miljoen. Anders gezegd, ik ben benieuwd wie het predicaat van “Hoefdraad 2.0” wil krijgen en ook strafrechtelijk vervolgd wil worden”.

Er hoefde geen openbare aanbesteding gehouden te worden
Uit mijn onderzoek is gebleken dat de wetten en regels met betrekking tot openbare aanbesteding niet van toepassing zijn op deze zaak, simpelweg vanwege het feit dat de staat Suriname geen opdrachtgever is in deze.

Ik zal enkele van toepassing zijnde wetsbepalingen citeren voor u:

Artikel 18 Comptabiliteitswet 1952:

Het uitvoeren van werken en het doen van leverantiën en transporten ten behoeve van de Staat worden in het openbaar aanbesteed. Alleen wanneer de President zulks in het belang van de Staat nodig oordeelt, kan van die regel worden afgeweken. In dat geval wordt van de beweegredenen melding gemaakt in de beschikking, waarbij de werken of leverantiën en transporten worden bevolen, en wordt van die beschikking een afschrift gezonden aan het Parlement.

Artikel 18 Comptabiliteitsbesluit

Aanbestedingen ten behoeve van Staatsdienst voor werken, leveringen of transporten worden in het openbaar gehouden door of vanwege de betrokken minister, tenzij de President, met medewerking van de betrokken minister en de Minister van Financiën, bij een met redenen omkleed besluit afwijking van deze regel in het belang van de Staat nodig oordeelt.

Commentaar:

In bovenstaande artikelen zijn de zinsdelen “ten behoeve van de Staat” en “ten behoeve van Staatsdienst” een wezenlijk bestanddeel van de artikelen. In de Pan American-case gaat het om een particulier project, dus niet “ten behoeve van de Staat”; de werken werden niet uitgevoerd ten behoeve van de staat. Overigens: Zolang het project niet overgedragen is aan de staat, heeft de staat weinig te vertellen.

Zolang het project niet overgedragen is aan de staat, zijn alle werken die uitgevoerd worden, ten behoeve van de particuliere uitvoerder (dus niet ten behoeve van de staat). Precies hier stopt de noodzaak tot verdere analyse of er nou wel of niet openbaar aanbesteed moest worden. Of er nou wel of geen toezegging was gedaan om de wegverharding te vergoeden, doet niet meer ter zake, want een politiek bestuurlijke beslissing kun je niet via het strafrecht aanpakken, zolang er geen wetten overtreden zijn.

Zolang het project niet overgedragen is aan de staat, dient u het hele project te zien als een soort erf van een particulier. De staat kan nimmer opdrachtgever zijn van werken die uitgevoerd worden op dat ‘erf’ van de particulier.

Er was indruk gewekt jegens Pan American dat de verharding van de wegen vergoed zou worden
Ergens in het proces zal het Fonds Woningbouw voor Lagere Inkomensgroepen (FWLI) mondeling toegezegd hebben aan Pan American Real Estate dat de kosten voor wegverharding door het FWLI vergoed zullen worden.

Althans, de indicaties die dit aannemelijk maken zijn er. Op 2 september 2019 (tijdens de regering-Bouterse) vraagt het FWLI middels een e-mailbericht aan Pan American Real Estate een offerte voor de wegverharding. Noot: Die offerte zal niet uit het niets gevraagd zijn. Je vraagt alleen een offerte indien je van plan bent te betalen voor iets.

Op 18 november 2019 (tijdens de regering-Bouterse) stuurde het FWLI een brief naar het ministerie van Openbare Werken (OW), met het verzoek zorg te dragen voor de wegverharding (asfaltering). Op 4 februari 2020 (nog steeds tijdens de regering-Bouterse) reageert het ministerie van OW met de mededeling niet te kunnen ingaan op het verzoek. Het ministerie stelt voor dat het FWLI de wegverharding in eigen beheer uitvoert. Dat is te lezen in deze brief.

Wat het ook moge zijn, er is ergens een gerechtvaardigd vertrouwen gewekt bij Pan American Real Estate dat de staat/FWLI de kosten voor wegverharding zal vergoeden (een politiek bestuurlijke beslissing ter zake de uitvoering van een beleidsmaatregel). Immers, geen enkele ondernemer zal miljoenen US-dollars uitgeven aan wegverharding, zonder enige zekerheid of toezegging van vergoeding te hebben.

Ook een witwasser doet dat niet (volgens één van de lawaaimakers die een deskundige ter zake uithangt wel). Het bestuursrechtelijke vertrouwensbeginsel speelt hier nu een rol. Indien de staat Suriname de vergoeding zou weigeren, zou de staat een claim kunnen krijgen op basis van het bestuursrechtelijke vertrouwensbeginsel (Algemeen beginsel van behoorlijk bestuur).

Selectieve verontwaardiging

Vermeldenswaard is dat 8,2 kilometers geasfalteerd is voor US$ 5.184.486,21, inclusief riolering en afwateringsysteem (infrastructuur). De rest van de US$ 7,5 miljoen betrof onderhoud en andere zaken op civieltechnisch gebied.

De staat Suriname heeft ongeveer 5,2 miljoen betaald voor asfaltering van wegen met een lengte van 8,2 kilometer, inclusief riolering en infrastructuur. Ik breng u in herinnering dat de regering-Bouterse US$ 60 miljoen heeft betaald voor asfaltering van 9 kilometer “DDB-Highway” waarvan de naam thans veranderd dient te worden (je kunt een straat niet benoemen naar een veroordeelde voor meervoudige moord).

DDB-Highway kun je zien als twee keer tweebaanswegen wegen, dus vier keer de enkelbaans wegen zoals aangelegd in het Pan American-project. DDB-Highway komt neer op US$ 15 miljoen per baan van 9 kilometer, dus US$ 1,7 miljoen per kilometer, zonder riolering. De wegverharding in het Pan American-project komt neer op ongeveer US$ 0,6 miljoen per kilometer, maar dan wel met riolering en afwateringsysteem. DDB Highway heeft driemaal meer gekost dan de wegen in het Pan American-project en het is nimmer openbaar aanbesteed, terwijl die highway wel “ten behoeve van de staat” aangelegd is geweest en dus wel openbaar aanbesteed had moeten worden (zie de wetsartikelen hierboven weer …..”ten behoeve van de Staat”…..).

Alle figuren die zich opwinden over het Pan American-project met de stelling dat het duur is en dat het niet openbaar is aanbesteed, lijden aan een ernstige vorm van selectieve verontwaardiging. DDB-Highway (US$ 60 miljoen, driemaal duurder per geasfalteerde kilometer en niet openbaar aanbesteed) neemt men voor lief, maar het Pan American-project (US$ 7,5 miljoen, driemaal goedkoper per geasfalteerde kilometer) vindt men wel problematisch. Er is zelfs herhaaldelijk geroepen dat de regering US$ 8 miljoen gestolen heeft. Dit zou je pas kunnen roepen indien de regering zonder enige tegenprestatie betaald zou hebben voor ledige lucht, maar dat is niet het geval en dat weten de bedenkelijke figuren ook. Ze zien dat die wegen wel geasfalteerd zijn, maar durven toch te roepen dat US$ 8 miljoen is gestolen. Hoe serieus kan ik deze figuren nou nemen die slechts uit zijn op stemmingmakerij?

Nog een keer selectieve verontwaardiging

Het dossier van de DDB-Highway waar het evident is dat het wel openbaar aanbesteed had moeten worden en dat het heel erg duur is geweest, is drie jaar geleden aangeleverd bij de procureur-generaal (pg). Nog steeds is er geen schot in de zaak. Een “Hoogleraar der Rechtswetenschappen” meende dat het Openbaar Ministerie (OM) niet voortvarend te werk gaat in de Pan American-case en heeft daarover heel veel lawaai gemaakt. Kippen zonder kop begonnen hem na te praten. Over DDB Highway, waarvan het dossier drie jaar geleden gedeponeerd is bij de pg en nog steeds geen uitsluitsel is, zwijgen onze “Hoogleraar der Rechtswetenschappen” en alle andere azijnpissers.

Er zal ook een keuze geweest zijn om de bewoners te laten opdraaien voor de wegverharding. De projectontwikkelaar had dan elke woning ongeveer US$ 13.500 duurder moeten verkopen. Het is de vraag of het gros van de bewoners dat bedrag zou kunnen betalen. Nu heeft de staat Suriname die kosten op zich genomen om verloedering van het project tegen te gaan. Er zijn voorbeelden genoeg van projecten (gestart door de regering-Bouterse) alwaar woningen voor de helft opgezet zijn, maar inmiddels overwoekerd zijn. Dat is kapitaalvernietiging waarvoor het volk betaald heeft. De betrokken aannemers zijn failliet en weigeren verder hun diensten te verlenen, omdat ze niet betaald zijn geworden door de toenmalige regering, hoewel het geld naar alle waarschijnlijkheid wel gereserveerd is geweest daarvoor. Indien wel, dan is iemand met het gereserveerde geld ervandoor gegaan.

Aan u het oordeel: verloedering, kapitaalvernietiging of ontwikkeling.

Sunil Sookhlall
sunil.sookhlall@hotmail.com
Facebook

 

| suriname herald | Door: Redactie