Reacties uit Suriname: ‘Deze kunst hoort hier in de musea’
| nrc.nl | Door: Nina Jurna
In Suriname is enthousiast gereageerd op het woensdag uitgebrachte advies aan de minister van Cultuur door de speciale commissie, onder leiding van Lilian Gonçalvez-Ho Kang You, om geroofde kunst terug te brengen naar de landen van herkomst. Bij verschillende grote musea in Nederland, zoals het Rijksmuseum en het Tropeninstituut, bevindt zich geroofde kunst uit Suriname. Het gaat om kunstwerken en ook objecten, waaronder een achttiende-eeuwse banjo die naar Nederland gebracht werd door de Schots-Nederlandse officier John Stedman en die nu te zien is in de collectie van het Volkenkundig museum in Leiden.
Rosaline Daan, directeur Cultuur bij het Surinaamse ministerie van Onderwijs,
Banjo uit Suriname (ca.
Foto Volkenkunde Museum
Plantage Bakki
Ook Marsha Mormon en Bas Spek, de eigenaren van plantage Bakki aan de Warappakreek in Suriname, vinden het terecht dat de geroofde kunst terug moet. „Honderd procent moet het terug naar Suriname, het hoort hier”, zegt Spek die samen met Mormon naast de plantage een klein museum runt met onder meer spullen die ze tijdens opgravingen hebben gevonden.
Maar er zijn ook kunstvoorwerpen en archiefmateriaal gerelateerd aan de koloniale periode in het museum. Marsha Mormon is erfgename van de plantage en nazaat, haar betovergrootvader was op de plantage tewerkgesteld. „Nederland zou niet alleen de geroofde kunst moeten teruggeven, maar ook actief moeten investeren zodat hier in Suriname condities worden geschapen en kennis naar toe komt om de kunst goed te kunnen exposeren en bewaren. Als ontvreemder, in feite dief van deze spullen, moet Nederland dat op zich nemen”, vindt Spek.
Volgens hem zou het onderzoek zich bovendien moeten uitbreiden tot de teruggave van kunst die plantagehouders in Suriname wisten te vergaren met hun enorme vermogens, verdiend met de slavernij. Hij en zijn vrouw Marsha proberen al een tijd een diorama, een soort kijkdoos waarop de plantage is afgebeeld van de Surinaamse kunstenaar Gerrit Schouten, terug te krijgen naar Suriname.
‘Kromboei’ gebruikt op Plantage Bakkie.
Foto Simon Lenskens
„De plantersfamilie die deze plantage bezat, en waar dus de betovergrootvader van mijn vrouw in slavernij onder werkte, kocht het diorama uit 1823 en schonk het later aan de stad Nijmegen. We zouden het diorama hier graag terugkrijgen en het Nijmeegse museum Het Valkhof, waar het nu staat, bood het ons zelfs aan als een ‘voorgenomen schenking’, maar een nieuwe directeur heeft de zaken teruggedraaid”, zegt Spek teleurgesteld. Hij investeerde al 40.000 euro om een speciale ruimte voor het 1,70 meter brede diorama (Schoutens grootste
| nrc.nl | Door: Nina Jurna