Is het belastingverdrag met Curaçao in het voordeel van Suriname?
| starnieuws | Door: Redactie
Fiscaal jurist Siegfried Kenswil (Ingezonden)Verdragen ter voorkoming van dubbele belasting (belastingverdrag) zijn essentiële instrumenten in de internationale belastingheffing. Ze vergemakkelijken grensoverschrijdende economische activiteiten door dubbele belasting te voorkomen en samenwerking tussen jurisdicties te bevorderen. In 2024 werd een belastingverdrag ondertekend tussen Suriname en Curaçao. Ik geef enkele overwegingen. Het verdrag Het belastingverdrag tussen Suriname en Curaçao heeft als doel dubbele belasting
te vermijden op inkomsten verdiend in één jurisdictie door een inwoner van de andere. Hiermee streeft het verdrag naar economische samenwerking, versterking van handel en het creëren van een gunstig investeringsklimaat tussen de twee landen. Het verdrag beoogt ook een eerlijke verdeling van heffingsrechten en biedt mechanismen voor het oplossen van belastinggeschillen. Echter, het ontwerp en de implementatie ervan verdienen een nadere blik. Bronheffing op dividenduitkeringen Een van de opvallende punten van dit belastingverdrag is het lagere bronbelastingtarief op dividend van 5% (en zelfs 0% onder omstandigheden) in vergelijking met het tarief van 7,5% onder het belastingverdrag met Nederland. Dit
lagere tarief weerspiegelt Curaçaos strategische intentie om zich te positioneren als een fiscaal efficiëntere partner voor Suriname dan Nederland. Momenteel blijft het Nederlandse belastingverdrag het meest gebruikt voor inkomende en uitgaande investeringen, terwijl het belastingverdrag met Indonesië beperkte toepassing kent door de niet-concurrerende bepalingen daarin. Door het bronbelastingtarief te verlagen (in vergelijking met het belastingverdrag met Nederland), beoogt het belastingverdrag met Curaçao investeringsstromen aan te trekken, vooral in het licht van Suriname's opkomende olie- en gassector. Echter, er blijven vragen bestaan over de vraag of dit verdrag Suriname een voldoende evenwichtig voordeel biedt, gezien Curaçao's afhankelijkheid van externe markten voor economische groei. Overwegingen Ratificatie van een belastingverdrag door Curaçao Als een autonoom land binnen het Koninkrijk der Nederlanden heeft Curaçao goedkeuring van het Nederlandse parlement (of stilzwijgende instemming) nodig om een belastingverdrag te ratificeren. Het is onduidelijk of het Nederlandse parlement dit belastingverdrag zal goedkeuren zonder eerst zijn eigen verdrag met Suriname te actualiseren. Deze procedurele hindernis kan de implementatie van het verdrag vertragen of zelfs de bepalingen ervan beïnvloeden. Zal Nederland zichzelf ‘in de fiscale voet schieten’? Economische context Curaçao Curaçao heft geen bronbelasting op dividend en heeft zich historisch gepositioneerd als een offshore financiële hub (belastingparadijs?). Als reactie op onder meer het BEPS-raamwerk (Base Erosion and Profit Shifting) van de OESO, heeft Curaçao zich ontwikkeld tot een zogenoemde midshore-jurisdictie, wat leidde tot aanzienlijk verlies van de voormalige offshore clientele. Om dit te compenseren, heeft Curaçao geprobeerd het toerisme uit te breiden en zijn economie verder te diversifiëren, zij het met beperkt succes. De COVID-19-pandemie verergerde de economische uitdagingen, waardoor Curaçao afhankelijk werd van Nederlandse financiële hulp. Tegen deze achtergrond vertegenwoordigt het belastingverdrag een eenzijdige kans voor Curaçao om te profiteren van Suriname's verwachte oliehausse. Door te fungeren als hub voor inkomende investeringen en financiering, kan Curaçao zijn voordeel doen met Suriname's economische groei zonder vergelijkbare voordelen terug te bieden. Deze ongelijkheid roept vragen op over wat Suriname daadwerkelijk wint met het verdrag. Vergelijking met het CARICOM belastingverdrag Het CARICOM belastingverdrag biedt een breder en meer wederzijds voordelig kader voor belastingcoöperatie, met name in de context van regionale olie- en gasontwikkeling. Dit verdrag faciliteert het vermijden van dubbele belasting tussen alle CARICOM-lidstaten, waaronder Guyana, een belangrijke handelspartner voor Suriname. Gezien de toenemende zakelijke activiteiten tussen Suriname en Guyana, kan het CARICOM belastingverdrag relevanter en voordeliger zijn voor Suriname dan het bilaterale verdrag met Curaçao. Suriname heeft het CARICOM belastingverdrag nog niet ondertekend, terwijl het verdrag met Curaçao reeds is ondertekend. Conclusie Het belastingverdrag tussen Suriname en Curaçao heeft het potentieel om belastingbarrières te verminderen en grensoverschrijdende handel en investeringen te bevorderen. Echter, het verdrag lijkt onevenredig in het voordeel van Curaçao, dat aanzienlijk kan profiteren door zich te positioneren als hub voor Suriname's olie- en gassector. Voor Suriname zijn de voordelen van het verdrag minder duidelijk en mogelijk niet gerechtvaardigd zonder zorgvuldige overweging van de langetermijnimplicaties. In plaats van uitsluitend op dit bilaterale verdrag te vertrouwen, zou Suriname de voordelen van het CARICOM belastingverdrag moeten verkennen, dat een meer uitgebreid en rechtvaardig kader biedt voor regionale samenwerking. Uiteindelijk moet Suriname ervoor zorgen dat zijn verdragsregelingen in lijn zijn met zijn bredere economische doelstellingen en zijn nationale belangen beschermen. mr. S.G. Kenswil fiscaal jurist
| starnieuws | Door: Redactie