• donderdag 30 March 2023
  • Het laatste nieuws uit Suriname

Monumentaal pand Prinsessestraat herrijst in oude glorie

| de ware tijd | Door: Redactie

“Wat hebben we hier een leuke jeugd gehad als we bij opa kwamen.” Hilda Samson bewondert samen met neef Roy van der Kuyp en nicht Hanna Albrecht de ruimtes van het gerenoveerde huis van hun opa Coenraad Jacob Johan van der Kuyp (1878-1983) aan de Prinsessestraat 47. Het oude woonhuis, dat jaren in vervallen staat verkeerde, is door zijn 21 erfgenamen aan Stadsherstel Paramaribo geschonken en binnen een jaar weer in zijn oorspronkelijke vorm teruggebracht.

Tekst en beeld Audry Wajwakana

In de ruimte op de begane grond, die vroeger de voorzaal (woonkamer) moet zijn geweest – deze werd door een houten klapdeur

gescheiden – haalt Samson herinneringen op. “Hier lagen de koperwerken van opa uitgestald. Ik heb er nog een paar thuis. In de andere ruimte zat tante Loes te haken of te borduren.”

Tante Loes is de tweede echtgenote geweest van Coenraad, tevens jongere zus van zijn eerste vrouw. Zij was in Nederland verpleegkundige en werd door hem naar Suriname gehaald om voor zijn twee jongste zonen te zorgen na het overlijden van zijn vrouw, omdat hij vaak op de vaart was.

Op de verdieping tonen de drie erfgenamen de slaapkamers van tante Loes en opa ‘Coen’. Ze hadden elk een eigen slaapkamer, naast elkaar. “Wat een leuke herinneringen hebben we aan dit huis”, mijmert het trio. “We zijn echt blij dat we het huis hebben geschonken en dat opa’s huis is hersteld”, zegt Albrecht tevreden. Met het onthullen van een plaquette is maandag het gerenoveerde pand officieel opgeleverd. Samson, die op Curaçao woont en Albrecht in Nederland, zijn speciaal hiervoor naar Suriname overgekomen.

Verval

Van alle erfgenamen is Van der Kuyp nog de enige die in Suriname woont. Hij werd dan ook belast met ‘de zorg’ over het huis. Echter, het onderhoud kon hij niet alleen aan en omdat de andere familieleden niet bereid waren om financiële hulp te bieden raakte het huis in verval. “Verkopen was geen optie, want het aantal erfgenamen is groot voor de verdeling van de opbrengst. Op een gegeven moment wist ik niet meer wat ik moest doen, want er kwamen zwervers inbreken”, vertelt hij aan de Ware Tijd.

Hij kreeg toen het idee het huis aan Stadsherstel Paramaribo te schenken, toen hij zag dat deze organisatie verder in de straat een oud houten pand aan het renoveren was. “Op deze manier kon ik het huis voor het nageslacht en de gemeenschap behouden”, zegt hij.

Erfgenamen

Voor Van der Kuyp begon een traject om de overige erfgenamen, verspreid in Canada, de Verenigde Staten, Nederland en op Curaçao, te overtuigen. Hij kreeg hulp van de nichten Samson en Albrecht, die gelijk instemden met zijn initiatief. “Makkelijk was het niet, want je kwam een paar dingen tegen die wij als familie niet wisten. Zoals een familielid dat uit Suriname vertrok naar Curaçao en als laborant in 1925 bij Shell ging werken. Hij stierf in 1932”, vertelt Samson. Voor haar was het een enorme zoektocht om precies na te gaan of betrokkene vrouw en kinder(en) had, omdat de gegevens van 1932 niet meer in het archief van Curaçao waren.

Ook was er een erfgenaam in Nederland die in het begin moeilijk deed. “Ik heb hem voorgehouden hoe het huis een groot gevaar vormde voor de omgeving. Het is niet verzekerd en zwervers nemen hun intrek erin. Als er brand zou uitbreken en de belendende gebouwen schade zouden oplopen, zouden de erfgenamen voor de kosten aansprakelijk worden gesteld worden. Ik denk dat ik hem hiermee over de streep heb getrokken, want in Nederland was hij de eerste die voor de overdracht tekende”, verklaart Van der Kuyp.

Oudste man

Het perceel aan de Prinsessestraat 47 kocht Coenraad van der Kuyp in 1912 voor vierhonderd gulden van Georgetina Paulina Polak. Het houten huis dat hij erop bouwde, stond oorspronkelijk op een ander perceel van hem aan de Anniestraat. Het werd afgebroken en herbouwd.

De grootvader, die een Nederlandse vader en Joodse moeder had, werd 105 jaar oud. Hij was in die periode de oudste inwoner van het land. Hij trouwde met Elisabeth Christine Oldenstam die in 1945 overleed. Met haar kreeg hij vier dochters en een tweeling, beiden jongens.

Van der Kuyp stond bekend om zijn veelzijdigheid. Zijn hoofdberoep was machinist en motorist bij de rivier- en zeedienst van Koloniale Vaartuigen. Maar daarnaast was hij imker, tuinman, timmerman, goud-, koper- en zilversmid.

‘Primeur’

De erfgenamen hebben begin januari 2020 het huis officieel overgedragen aan Stadsherstel Paramaribo. Voor financiering van de renovatie zorgden Stadsherstel Amsterdam en de Nieuwe Kerk Amsterdam. Het Nederlandse Prins Bernhard Cultuurfonds verdubbelde het door de twee instanties opgebrachte bedrag, waardoor het gebouw onder directievoering van architect Philip Dikland en zijn team en Gregory Markiet van bouwbedrijf Remas kon worden gerestaureerd. Stadsherstel Amsterdam zorgde ook voor de technische ondersteuning.

Voor Stadsherstel Paramaribo, voor wie dit een bijzonder historisch moment is, is dit het vijfde gerestaureerde pand. “Maar het is niet eerder in Suriname voorgekomen dat boedeleigenaren van een verwaarloosd pand zeggen dat ze het oude houten pand van hun voorouders bewaard willen hebben voor de gemeenschap”, legt Kenneth Woei-A-Tsoi, directeur van Stadsherstel Paramaribo, uit. Hij hoopt daarom dat het initiatief van de erfgenamen van Van der Kuyp navolging krijgt.

| de ware tijd | Door: Redactie